We ruilen de tropische eilanden voor een hele andere kant van de Filippijnen. Op het hoofdeiland Luzon reizen we de bergen in en bezoeken er de rijstterrassen van Banaue en Batad.

 

Vanuit Manila vliegen we op Cauayan en daarbij hopen we min of meer in de buurt van Banaue te geraken. Omdat internet geen evidentie was de afgelopen weken en we onze reis doorheen de Filippijnen vooraf niet hadden voorbereid wisten we niet hoe we het beste naar de Cordillera Philipina zouden reizen.

Met het beetje internetverbinding dat we hadden boekten we 2 vluchten, eerst vanuit Coron naar Manila om van daaruit verder door te vliegen naar Cauayan, in de hoop een goeie gok te wagen.

Het is duidelijk dat Cauayan niet veel toeristen ziet, we zijn dan ook de enige westerlingen op het vliegtuig. Het luchthavengebouw is van het type “grote barak”, de bagage wordt door een opening in de muur naar binnen geduwd.

Zoals zowat overal in de Filippijnen staan er tricycles klaar om je te vervoeren en al snel lopen wij 3 in het vizier. Je ziet de chauffeurs zelfs denken “daar valt geld te rapen”. En gelijk hebben ze gezien we niet eens weten waar we aan toe zijn en zullen moeten vertrouwen op de weg die de locals ons wijzen richting Banaue. De kleine desk met “tourist information” in het luchthavengebouw was onbemand, ze verwachten in dit seizoen duidelijk geen of weinig toeristen.

 

Eens buiten het gebouw worden we bijna aangevallen door de chauffeurs die ons willen vervoeren, uiteraard voor veel geld. Gelukkig zit er ook een aardige Filippijnse dame op een bank die wel bereid is ons de juiste info te geven en de goeie weg uit stuurt. Een man probeert ons op alle mogelijke manieren te overhalen om ons door hem te laten vervoeren “voor slechts 150 euro”, een comfortabele rit in zijn auto in plaats van verschillende bussen te moeten nemen en lang onderweg te zijn. Maar dat is nu eenmaal de manier van reizen waar wij wél voor kiezen.

Uiteindelijk, na heel wat discussie en palaveren, laten we ons door een tricycle gangster voor 70 peso naar de hoofdweg rijden waar we een bus kunnen nemen richting Bagabag. Veel te duur voor een rit van amper 2 minuten en Dave is woedend, al gaat het hem maar om anderhalve euro, de helft had meer dan voldoende geweest voor zo’n klein stukje.

 

We worden afgezet aan de zogenaamde bushalte en net wanneer ik en Senne ons een frisse limonade hadden gekocht komt de bus aan die richting Bagabag gaat. Voor alles een oplossing in de Filippijnen, Senne zijn limonade wordt overgegoten in een plastiek zakje en zo stappen we snel op. Ook hier lijkt het dat niet veel toeristen deze route nemen want we krijgen rare blikken wanneer we opstappen, mensen lijken zich af te vragen wat die 3 blanke toeristen hier in godsnaam komen zoeken.

Het is best een comfortabele bus, er is zelfs airco en dat doet deugd bij de warme Filippijnse temperaturen. Senne valt al snel in slaap en wordt pas een dikke 2u later weer wakker wanneer we toekomen in Bagabag. Wanneer we uitstappen worden we ook hier onmiddellijk aangesproken en weer op weg geholpen. Sommige mensen zijn duidelijk bereid je te helpen, andere proberen je te bedotten in de hoop zichzelf of een vriend aan een extra zakcentje te kunnen helpen.

Dankzij alweer een hulpvolle dame worden we op de juiste jeepney richting Banaue gezet, voor de eerste keer sinds onze aankomst op de Filippijnen rijden we in een van deze oude maar karaktervolle trucks.

Vanaf hier bevinden we ons in de Cordillera wat gelijk staat aan bergpassen, veel bochten, traag rijden en vooral vele stinkende uitlaatgassen van de oude jeepneys. Hoewel we dachten rechtstreeks tot Banaue te rijden moeten we alsnog overstappen in Lagawe. Er is te weinig volk die de rit tot in Banaue maken, dus wordt onze bagage overgeladen op het dak van een andere jeepney die het laatste traject voor zijn rekening zal nemen. Al snel zit de truck goed vol en kunnen we weer vertrekken. Onderweg komt er alsmaar meer volk bij en iedereen blijft maar opschuiven tot we amper nog kunnen bewegen. Komt daar nog bij dat de kinderen op de schoot bij de moeders zitten en de jeepney echt overvol raakt, er kuipen nog een aantal mannen op het dak en achteraan hangen nog enkele jonge kerels aan de buitenkant van de truck. Heerlijk toch, reizen met het lokale openbaar vervoer ! Hoewel het niet altijd evident en comfortabel is beleven we aan zo’n momenten toch meer plezier dan aan een luxueuze privérit.

 

Het werd best een pittige reisdag en we zijn dan ook blij wanneer we in de late namiddag Banaue bereiken. Het eerste hostel dat we bezoeken blijkt volzet en Dave gaat samen met Senne op zoek naar een kamer voor de komende 2 nachten. Geen evidentie want de meeste kamers voldoen niet echt aan onze huidige norm waarbij we proberen om met Senne toch in een net iets comfortabelere kamer te slapen dan een dof hok. De ene kamer blijkt al erger dan de andere en zo nemen we uiteindelijk onze intrek in People’s Guesthouse. Ook hier een oude en zeer basic kamer, maar we hebben wel een eigen badkamer met  warme douche en vooral, een prachtig zicht op de rijstterrassen.

De hele dag lang hebben we nog vrijwel niets gegeten, buiten een droog toastje en wat koeken, hoog tijd dus om ons energiepijl terug op te krikken. Ook het simpele restaurant van dit hostel heeft uitzicht op de terrassen en zo kunnen we zalig genieten van de rust met een frisse pint en een simpel maar lekker gerecht.

 

Al snel begint het te regenen maar het stoort ons niet gezien we vandaag absoluut niet nog de intentie hadden om iets te gaan doen. Rustig een spelletje Uno spelen aan tafel, de mails checken gezien we een behoorlijk goede internetverbinding hebben en hopen dat Cheapoair nog gereageerd heeft. Zij lieten ons een dikke maand geleden weten dat er problemen waren met onze terugvlucht vanuit Dubai, deelden een tiental dagen geleden mee dat de vlucht volledig geannuleerd werd maar reageren sindsdien op geen enkele email meer. Allesbehalve leuk om ons nog met zo’n zaken te moeten bezig houden, gelukkig krijgen we hulp van Filip die voor Wegwijzer uit Brugge werkt en ons wat ondersteuning biedt.

 

Na een regenachtige nacht met het bijhorende onweer staan we de volgende ochtend op bij stralend weer. Hoewel we dachten in de Cordillera wat verkoeling te vinden is het hier behoorlijk heet, die verkoeling krijg je duidelijk alleen ’s nachts gezien het hier dan wel heel wat frisser is dan elders op de Filippijnen.

We gaan even langs bij het tourist info zodat we ook weten hoe we morgen naar Batad kunnen reizen en beginnen daarna aan de wandeling tot het algemene viewpoint over de rijstterrassen.

Iets wat beschreven wordt als een eenvoudige wandeling van ongeveer een uur wordt voor ons toch behoorlijk zweten. Onder de brandende zon wandelen we de hele tijd bergopwaarts, maar het uitzicht onderweg is prachtig.

Rijstterrassen in alle mogelijke groentinten, knappe vergezichten, hoge bergtoppen en beneden in de valleien hier en daar een watervalletje of waterstroom die ervoor zorgt dat de terrassen onder water komen te staan.

De terrassen uit deze regio behoren tot het werelderfgoed. Ze werden 2.000 jaar geleden met de hand uitgegraven door de Ifugao, een volk van koppensnellers die erg vaardig waren in het uitsnijden van hout en daarnaast ook deze terrassen aanlegden.

Op het eerste viewpoint zit een oud mannetje in zijn traditionele plunje, te wachten tot er een toerist passeert die van hem een foto wil maken en hem in ruil daarvoor een centje geeft. Ik twijfel even, maar ik heb er graag een cent voor over om van hem een foto te maken wanneer hij zijn pluimenhoedje opzet en afwachtend naar ons zit te kijken.

 

De wandeling naar de viewpoints gaat langsheen de rijweg dus heel rustig wandelen is het niet. Anderzijds passeren we zo de vele kleine huisjes waarbij we veelal hartelijk begroet worden en ook hier roepen de kinderen ons al van ver toe. Zoals overal op de Filippijnen wonen er hier al bijna evenveel honden als mensen en daardoor moeten we uitkijken dat we niet van de ene drol in de andere lopen. Al zijn het niet alleen de drollen waarvoor je moet oppassen, op straat is er de ene rode vlek naast de andere afkomstig van de “moma” die overvloedig gekauwd wordt. Dat goedje zorgt niet alleen voor een vies zicht van een al minstens zo vieze mond, het wordt de hele dag door gekauwd en op straat uitgespuwd en dat verklaart de rode vlekken en “verse kwakjes” op straat.

 

Hoewel we vooraf lazen dat de rijstterrassen in Banaue hun beste tijd gehad hebben en niet erg goed onderhouden worden zijn wij danig onder de indruk ! De omgeving is prachtig en het is misschien omdat de terrassen zo fel groen zijn dat ze eens zo mooi ogen, wij hebben absoluut genoten van de wandeling langsheen de viewpoints.

 

Net als gisteren begint het ook vandaag in de namiddag stevig te regenen. Ideaal om lunchpauze te nemen en onze trip voor morgen naar Batad voor te bereiden. Enkele locals die wat rondhangen aan het hostel proberen ons te overtuigen om met hen mee te rijden of om een daguitstap met hen te boeken, wij zoeken in tussentijd uit hoe we de tocht het beste aanpakken wetende dat we de dag na Batad een lange trip zullen moeten ondernemen richting Mount Pinatubo.

We besluiten uiteindelijk om zelf vervoer te zoeken naar Batad gezien de public jeepney pas in de namiddag vertrekt. Onze bagage laten we achter in het hostel zodat we enkel onze kleine rugzakken kunnen meenemen. Gezien Batad enkel te voet te bereiken is is het geen goed idee om gepakt en gezakt naar daar af te zakken.

 

Tussen de buien door wandelen we nog kort eventjes door het kleine dorp van Banaue en steken over via de hangbrug. Naar mijn gevoel een zeer gammele brug en in combinatie met de nodige dosis hoogtevrees is het geen lachertje. Nochtans wordt de brug door iedereen gebruikt als binnenweg naar de overkant van het dorp waar ook de school gelegen is. Deze school werd, naar we ons lieten vertellen, gefinancierd door Belgische nonnen.

 

We hebben erg genoten van onze dag in Banaue  en van de prachtige omgeving, maar we zijn erg benieuwd naar wat Batad ons te bieden heeft. De rijstterrassen daar zouden nog eens zo immens en indrukwekkend zijn.

Met plezier gaan we voor de zoveelste keer onze bagage klaarmaken en zoeken we het hoogstnodige bij elkaar dat we de komende 2 dagen zullen nodig hebben.

 

 

                birds_up.gif                 birds_next.gif