DAG 16 en 17 brengen even rust en voor het
eerst genieten we van een dagje vrij aan Lac Rose
Een diepe zucht van opluchting wanneer we
eindelijk kunnen wegrijden aan de grens.
De eerste kilometers op Senegalese bodem
voorspellen niet veel moois. Overal afval, waar je ook kijkt. Tussen de huizen
door, als je het al huizen kan noemen, niets dan vuil en stinkend water met ook
daarin nog een keer de nodige bergen afval.
Gelukkig verandert dat beeld naarmate de
kilometers vorderen en maken we snel kennis met een groen land. Na het dorre en
droge Mauritanië krijgen we plots groene vlaktes en veel palmbomen te zien.
Gezien we nu constant in konvooi rijden
vallen we des te meer op en van overal komen er weer mensen op straat gelopen
om te waaien. Kinderen langs de kant van de weg proberen weer vanalles af te
luizen van deze blanke mensen, maar blijven gelukkig wel beleefd.
In Marokko vroegen ze ons steeds om een
“cadeau”, in Mauritanië werd vaak de middenvinger naar ons opgestoken, hier in
Senegal wordt er opnieuw beleefd gebedeld.
Vandaag nemen we onze intrek in een lodge
aan Lac Rose, de finishplaats van Parijs-Dakar.
Na heel wat rompslomp aan de receptie
krijgen we dan toch een kamer (hutje) te pakken en nemen we daar onze intrek
voor de komende 2 nachten.
Een douche is op dit moment meer dan
deugddoend , de airco doet het jammer genoeg niet.
Onze activiteiten de komende 36u zijn zeer
beperkt: eten, drinken, zwemmen en slapen.
Je kan je niet voorstellen hoe zalig het
moet zijn om na zoveel drukke rijdagen eindelijk je intrek te kunnen nemen in
een kamer, geen tent te moeten opstellen, niet te moeten koken en even geen
wekker te moet zetten.
In vergelijking met de andere challengers
zijn wij zeker niet de grootste lamzakken. We doen de moeite om een
wandelingetje te maken en zo toch nog iets te zien van Lac Rose. Waaraan het
echter zijn naam te danken heeft? Met een beetje verbeelding zie je nu en dan
een roosachtige schijn in het water, maar op zich is het zeker niet de meest
idyllische plek. Volgens een van de Senegalezen die we aan ons broek
hebben, je mag je blanke kop hier niet
laten zien of de achtervolging wordt ingezet, moet je met een bootje het meer
op om de mooie, roze kleur te kunnen zien. We bedanken vriendelijk en wandelen
een stukje verder.
Aan het zwembad is het heerlijk verkoelen.
Hoe verder de reis vordert, hoe heter het wordt. Het zweet stond op onze
voorhoofden na de kleine wandeling, tot zover onze inspanning voor vandaag.
Onze batterijen werden weer bijgeladen, we
zullen de energie kunnen gebruiken voor de laatste dagen van deze challenge.
Een diepe zucht van opluchting wanneer we
eindelijk kunnen wegrijden aan de grens.
De eerste kilometers op Senegalese bodem
voorspellen niet veel moois. Overal afval, waar je ook kijkt. Tussen de huizen
door, als je het al huizen kan noemen, niets dan vuil en stinkend water met ook
daarin nog een keer de nodige bergen afval.
Gelukkig verandert dat beeld naarmate de
kilometers vorderen en maken we snel kennis met een groen land. Na het dorre en
droge Mauritanië krijgen we plots groene vlaktes en veel palmbomen te zien.
Gezien we nu constant in konvooi rijden
vallen we des te meer op en van overal komen er weer mensen op straat gelopen
om te waaien. Kinderen langs de kant van de weg proberen weer vanalles af te
luizen van deze blanke mensen, maar blijven gelukkig wel beleefd.
In Marokko vroegen ze ons steeds om een
“cadeau”, in Mauritanië werd vaak de middenvinger naar ons opgestoken, hier in
Senegal wordt er opnieuw beleefd gebedeld.
Vandaag nemen we onze intrek in een lodge
aan Lac Rose, de finishplaats van Parijs-Dakar.
Na heel wat rompslomp aan de receptie
krijgen we dan toch een kamer (hutje) te pakken en nemen we daar onze intrek
voor de komende 2 nachten.
Een douche is op dit moment meer dan
deugddoend , de airco doet het jammer genoeg niet.
Onze activiteiten de komende 36u zijn zeer
beperkt: eten, drinken, zwemmen en slapen.
Je kan je niet voorstellen hoe zalig het
moet zijn om na zoveel drukke rijdagen eindelijk je intrek te kunnen nemen in
een kamer, geen tent te moeten opstellen, niet te moeten koken en even geen
wekker te moet zetten.
In vergelijking met de andere challengers
zijn wij zeker niet de grootste lamzakken. We doen de moeite om een
wandelingetje te maken en zo toch nog iets te zien van Lac Rose. Waaraan het
echter zijn naam te danken heeft? Met een beetje verbeelding zie je nu en dan
een roosachtige schijn in het water, maar op zich is het zeker niet de meest
idyllische plek. Volgens een van de Senegalezen die we aan ons broek
hebben, je mag je blanke kop hier niet
laten zien of de achtervolging wordt ingezet, moet je met een bootje het meer
op om de mooie, roze kleur te kunnen zien. We bedanken vriendelijk en wandelen
een stukje verder.
Aan het zwembad is het heerlijk verkoelen.
Hoe verder de reis vordert, hoe heter het wordt. Het zweet stond op onze
voorhoofden na de kleine wandeling, tot zover onze inspanning voor vandaag.
Onze batterijen werden weer bijgeladen, we
zullen de energie kunnen gebruiken voor de laatste dagen van deze challenge.