Sesriem – Sossusvlei: de oranje pracht van
Namibië
Op weg naar Sesriem, de plaats van waaruit
Sossusvlei te bezoeken is, krijgen we reeds mooie bergen bedekt met het oranje
zand in beeld.
We verwachten ons aan een toeristische plek
waar sowieso wel iets te beleven valt, misschien een paar winkeltjes waaronder
een supermarktje, eventueel ook een bar of cafeetje. Niks blijkt minder waar,
enkel in de shop van het tankstation kunnen we iets te eten of te drinken kopen
want verder is er helemaal niets.
Dat geldt ook voor een campsite want het
benzinestation is de enige plek waar er campsites aangeboden worden buiten de
toegangspoort van Sossusvlei.
Wij gingen er vanuit dat het een pak
duurder zou zijn om binnen de poorten van Sossus te slapen, dus informeerden we
bij het benzinestation. Zomaar even 465 N$ vroegen zij voor een
kampeerplaatsje, wablief? De bediende zag onze reactie en liep naar het
kantoortje achterin de winkel. Omdat het een kalme periode was kregen we
korting en moesten we nog 260 N$ betalen. Alleen al door het feit dat ze zo’n
hoog tarief aanrekenen wilden wij er niet meer overnachten. Al wisten we dat er
weinig alternatieven zouden zijn, toch vertrokken we.
Na nog een beetje rondkijken en zoeken
kwamen we uiteindelijk toch op de campsite van Sossus terecht, daar betaalden
we slechts 250 N$.
Met veel plezier checkten we daar in, namen
er een verfrissende duik in het zwembad en konden dus ’s morgensvroeg van het
privilege genieten om als eerste richting Duin 45 te rijden.
Om 4u20 liep onze wekker af, onmenselijk
vroeg alweer. Om 5u opent de poort en start de race naar Duin 45. Deze duin
werd zo genoemd omdat hij 45km van de toegangspoort ligt, hij staat bekend
omdat de zonsopgang van op die duin zo prachtig zou zijn.
Als allereerste rijden we stipt om 5u de
weg op richting de befaamde duin. De maximumsnelheid bedraagt 60 km/u, dit
omwille van het feit dat er heel wat dieren lopen en leven in de omgeving en
het dus gevaarlijk is om sneller te rijden.
Het duurt nog niet te lang voor we de
koplampen van een achterligger te zien krijgen. Een van de tourbussen nadert
ons enorm snel en vlamt ons voorbij, absoluut niet tegen 60 km/u. Wanneer zo
ook de volgende bussen en 4x4’s volgen wordt het ons snel duidelijk dat we de
zonsopgang niet halen als we niet sneller rijden.
Dus, voet op die gaspedaal en rijden ! Heel
even een noodstop voor een stom konijn dat overschiet, ook de bus voor ons gaat
in de remmen voor een overlopende springbok.
Er staat al serieus wat volk aan de voet
van Duin 45 wanneer ook wij ons Bakkie parkeren. We sluiten aan en wandelen
omhoog langs de kam van de duin. In het begin ligt het tempo nog redelijk, maar
het is een serieuze klim om op de top te geraken en naarmate we vorderen begint
de ergernis voor de tragere klimmers voor ons.
Dan maar een inhaalmanoeuvre door het diepe
zand langsheen de kam, een mens geraakt er echt uitgeput van en overal horen we
mensen diep ademen en hijgen, inclusief wij twee.
Eindelijk op de top zetten we ons neer,
klaar om de zon boven de voorliggende duin te zien komen. De gloed wordt steeds
feller, licht roze verandert in geel en dan oranje tot we de felle zon zien
boven komen.
De duinen naast en achter ons kleuren
donker oranje met hier en daar nog donkere schaduwstukken. Het is absoluut een
mooi schouwspel en al was het voor ons vooraf geen must, toch zijn we blij dat
we de zonsopgang gezien hebben.
Na dit ochtendlijke spektakel rijden we
verder richting Sossusvlei en Death Vlei.
Dit laatste stuk kan je enkel rijden met
een 4x4 vanwege het losse zand. Na heel wat hotsen en botsen bereiken we na 5km
de parking.
Van daaruit wandelen we verder richting
Death Vlei, Dave kiest ervoor om opnieuw de duin te beklimmen. Alweer een zware
tocht, maar het zicht van bovenaan is absoluut belonend.
Onder ons een grote, witte, droge vlakte
met aan het ene uiteinde verdroogde, dode bomen. Dit is niet voor niets het
meest gefotografeerde plekje van Sossus, het is er gewoon prachtig.
Op de terugweg naar de parking voelen we
hoe de temperatuur begint te stijgen. Het wordt stilaan bloedheet en we kunnen
niet meer op onze blote voeten door het zand.
Nog een duin bezoeken of beklimmen vinden
we niet nodig, we rijden terug naar de ingang en nemen onderweg enkel nog het
uitzichtpunt mee.
Wat we deze ochtend te zien kregen was onwaarschijnlijk
mooi, dit is Namibië !
Om het plaatje compleet te maken bezoeken
we ook nog even de Sesriem Canyon. Een ruige rotsformatie waar we van bovenaf
even rondkijken.
Hiermee eindigen we dit bezoek, eentje om
nooit te vergeten.