In Purros krijgen we een heel ander Namibië
te zien, twee dagen lang zien we er geen andere toerist
De weg naar Purros is een fantastische reis
op zich. Dit dorpje ligt in het Kaokoveld, een regio die veel minder ontwikkeld
is, genoeg om gespaard te blijven van de invloeden van buitenaf. Purros kan
enkel bereikt worden met een 4x4, de weg er naartoe is vaak slecht met grote
stenen, losse keien en los zand. Vooral de laatste tientallen kilometers want
dan loopt de rijweg door de rivierbedding wat de hele tijd los zand betekent.
In het regenseizoen, wanneer de rivieren eindelijk weer vol water stromen, kan
Purros moeilijk bereikt worden. Er zullen wel alternatieve wegen gevonden
worden buiten de rivierbedding, maar om er te geraken moet je zo vaak een rivier
oversteken dat het vrijwel onmogelijk wordt. Het gebeurt wel eens dat een auto
komt vast te zitten in de rivier en meegesleurd wordt door de stroming.
Zoals reeds eerder gezegd, de weg naar
Purros is zo mooi ! Indrukwekkende bergen van verschillende formaten en
kleuren, de dorre en droge grassen en tot onze grote verbazing ook wel wat
dieren.
Zo zien we een grote groep giraffen vlak
naast de weg, ze passen perfect in dit mooie landschap. We zien ook zebra’s en
heel wat gemsbokken die van ver al opvallen met hun grote, lange hoorns.
We installeren ons op de community campsite
die werd opgericht door de inwoners van het dorp. We krijgen een mooi plekje
onder een grote boom en ook hier zijn het toilet en de douche in open lucht.
Warm water kan aangemaakt worden door een grote kachel te verhitten met
brandhout en olifantenmest die eronder ligt.
Op de campsite kan je verschillende tripjes
boeken: wandeling (halve of hele dag), himbadorp bezoeken, woestijnolifanten en
leeuwen zoeken, wandeling doorheen Purros of een rit met de auto in de
omgeving.
Wij kiezen ervoor om de volgende ochtend
een wandeling van een halve dag te maken, de dame van de camping zorgt ervoor
dat er ’s morgens om 8u iemand klaar staat.
De wandeling is er eentje op een gezapig
tempo. In principe zou je ook zelf een tochtje kunnen maken, alleen moet je de
weg terug weten te vinden. Rondom ons zijn er niets dan bergen en uitgestrekte
vlaktes met de dorre, gele grassen.
Terwijl wij rustig door de droge vlaktes
wandelen zien we in de verte een aantal giraffen die langs de groenere bomen in
de rivierbedding wandelen.
Wijzelf wandelen later ook door deze
rivierbedding om van op een heuvel aan de andere kant het landschap te kunnen
bewonderen. Aan de andere kant van deze heuvel ligt er een Himbadorp tegen de
bergflank. Een bezoek heeft nu weinig zin want de mannen zijn met de dieren op
stap en een aantal van de vrouwen zijn naar een begrafenis in een naburig dorp.
Terwijl we op de top van de heuvel staan
rond te kijken merkt de gids in de rivierbedding 2 woestijnolifanten op.
Ongelofelijk wat een goeie ogen die man heeft, zelfs met de verrekijker zien
wij de dieren amper. Gelukkig komen ze onze richting opgewandeld zodat we ze
een tijdje later toch duidelijk met het blote oog kunnen zien.
Kort voor de middag komen we terug op de
camping. We eten er de laatste dingen op die uit de koelkast moeten want deze
heeft het alweer begeven en kunnen we dus niets meer fris of vers houden.
Zo rond 15u duikt de gids op aan onze
campsite, tijd om er terug op uit te trekken.
Gezien de toch wel unieke omgeving besloten
we om met hem ook naar de canyon te rijden. Een plek waar er altijd water
stroomt door de rivier waardoor het er veel groener is, daar zouden we ook de
woestijnolifanten en leeuwen moeten kunnen vinden.
Dave zet de auto in 4x4, we rijden zelf
gezien vrijwel niemand in het dorp over een auto beschikt.
Op amper 5km van Purros verandert het dorre
en droge landschap in een groene omgeving. Er is geen weg doorheen de kloof,
dus volgen we ook hier constant de rivierbedding. Deze keer niet door los zand,
maar door het water.
Op de heenweg doorheen de kloof krijgen we
de dieren waarvoor we gekomen zijn niet te zien. Impala’s en oryxen daarentegen
zijn in grote getale aanwezig.
De terugweg rijden we veel trager in de
hoop toch ergens een spoor of voetafdruk van de leeuwen te vinden, al zitten er
in de hele kloof blijkbaar slechts 3. Jammer genoeg ook nu weer geen geluk dus
houden we deze uitstap op een ritje door de andere, groene wereld van Purros.
We kijken terug op twee mooie dagen die
vooral ook heel rustig waren.
We hebben de laatste weken weer zoveel
dingen gezien en beleefd, dit was een ideale locatie om even op adem te komen.
Dezelfde avond krijgen we nog een
verlossend telefoontje van iemand van Kea. Eindelijk, na 3 dagen wachten op
enig antwoord of reactie, is de boodschap tot bij de juiste persoon geraakt. De
man deelt ons mee dat we een andere auto zullen krijgen en dat er morgenvroeg
iemand vertrekt vanuit Windhoek met onze vervangauto.
Met deze mededeling zijn we al iets of wat
opgelucht, maar toch eerst even afwachten of nu alles wel zal verlopen volgens
plan.
Het kostte ons heel wat moeite om iemand te
pakken te krijgen bij Kea. In Namibië nam niemand af, dus belden we meermaals
naar Kea in Zuid-Afrika. In totaal belden we maar liefst 6 mensen op vooraleer
er nog maar iemand de telefoon opnam. Is dat wat ze bij Kea de “assistance”
noemen?
Uiteindelijk werd die ene man uit Kaapstad
die zijn telefoon wel wilde opnemen ons slachtoffer van de afgelopen 3 dagen.
Of hij er nu effectief ook voor gezorgd heeft dat ons probleem eindelijk
bekeken werd weten we niet, alleszins is de redding nu toch nabij.