Augrabies National Park: na het bezoek aan
dit park nemen we voorlopig afscheid van Zuid-Afrika
Augrabies werd afgeleid van de naam die de
oorspronkelijke inwoners aan dit gebied gaven: Aukoerbis oftewel “place of
great noise”.
De waterval die we hier te zien zullen
krijgen is de zesde grootste ter wereld.
Het is nog tamelijk vroeg in de namiddag
wanneer we toekomen aan Augrabies. We planden om ons rustig te installeren op
de camping en morgen het park te bezoeken. Maar, volgens de regels van het
beheer van de nationale parken in Zuid-Afrika moet je ook reeds de conservation
fee betalen voor de dag dat je toekomt in het park, al bezoek je het park op
zich niet.
Dat vinden we dus volledig zinloos, we gaan
geen 10 euro per persoon extra betalen enkel en alleen omdat we in het park
overnachten.
Een regeling valt er niet te treffen, dus
reden wij het park terug buiten.
We logeerden op een camping op enkele
kilometers van het park en waren heel erg blij dat er daar een leuke bar was.
Het waaide ’s avonds alweer zo hard, zoals
de laatste dagen het geval geweest is, dat het geen optie was om buiten te
blijven zitten.
De volgende ochtend rijden we dus voor de
tweede keer het park binnen, betalen we de conservation fee voor die dag en
boeken we ook een plekje op de camping voor vannacht.
Eens dat in orde gemaakt rijden we naar de
game area. Dit park kozen we niet zozeer voor de dieren die er te zien zijn,
maar voor de landschappen en de gigantische waterval.
Al snel merken we dat we wat de
landschappen betreft niet teleurgesteld zullen worden, wat een bijzondere en
knappe omgeving.
Als eerste bezoeken we de ‘moonrock’,
absoluut een bizar landschap maar enorm mooi.
Zowat 4u rijden we doorheen het park, daar
pikken we de viewpoints mee die een prachtig zicht geven over een kloof
waardoor de Oranjerivier stroomt.
We botsen onverwachts ook op een grote
familie giraffen, zien verschillende gemsbokken (oryx) met hun indrukwekkend
grote horens en rijden regelmatig langs springbokken en struisvogels.
Wat opvalt is dat de dieren hier helemaal
niet gewoon lijken te zijn aan verkeer of bezoekers. Ze lopen onmiddellijk weg
wanneer we dichterbij komen, uitgezonderd de giraffen die ons recht in de ogen
kijken en blijven staan.
Gedurende de uren die we rond rijden in het
park komen we amper andere auto’s tegen. Misschien omdat een groot deel enkel
voor 4x4 toegankelijk is?
Na deze ochtendlijke rit installeren we ons
op de campsite van het park. Het grasplein zit vol dassie’s, een schattig soort
van knaagdiertjes. Althans, dat dachten we. Dassie’s blijken immers niet te
horen tot de familie van de knaagdieren, maar zijn het dichtst verwant met
olifanten.
Om deze dag in het park ten volle te
benutten starten we in de namiddag, na een paar boterhammekes, met een
wandeling in de omgeving van de camping.
Heel ontspannend zou deze trip niet worden,
we zijn nog maar goed weg wanneer we omringd worden door honderden, misschien
wel duizenden, kleine vliegen.
Die verdomde beesten kruipen in elke
mogelijk gaatje: mond, neus, oren,… vreselijk zijn ze. Alleen al die vreselijke
vliegen maken de wandeling in geen geval aangenaam, daarnaast is het ook nog
een keer enorm warm.
Heel eerlijk, al zouden de vliegen er niet
geweest zijn, dan nog was het geen spectaculair mooie wandeling.
We hadden wel een mooi zicht over een
waterval en de kloof waardoor het water loopt, maar verder wandelden we niet
door een bijzondere omgeving.
Als afsluiter van deze dag wandelden we
naar de Augrabies Falls, dat moest vast en zeker spectaculair worden. We zagen
al foto’s van de waterval in een brochure en ook aan de receptie hingen er
prachtige foto’s.
Waar we echter even niet bij stil stonden…
Zuid-Afrika was tot nu toe overheersend warm en vooral droog. Zowat elke rivier
die we onderweg zagen stond droog en zo ook deze waterval.
Augrabies bestond amper nog uit 1 iets of
wat grote waterval. Wetende dat in het regenseizoen het water van overal de
rotsen komt afgedonderd was dit een enorme teleurstelling. Komt daar nog een
keer bij dat 3 van de 6 platforms ingestort waren en dus ontoegankelijk. Voor
datgene waarvoor we speciaal gekomen waren was elke moeite aldus vergeefs. Niks
aan te doen uiteraard, geen regen is geen water en al helemaal geen waterval !