Dag 15 brengen we door aan het strand in de baai van Mirissa
Na onze ochtendsafari stappen we in Tissamaharama op de bus richting Mirissa. Het wordt een rit op leven en dood met een onwaarschijnlijk roekeloze chauffeur. Overal ramt hij de bus tussendoor, plaats of niet. Een constant getoeter, zowel van hen als van de tegenliggers dewelke hij aldoor hindert. Een bocht of niet, zichtbaarheid nihil, inhalen doet hij.
Na een tweetal weken reizen in Sri Lanka zijn we min of meer gewend aan de rijstijl hier, maar deze chauffeur spant toch absoluut de kroon.
Met plezier stappen we in Mirissa van de bus en zoeken we een slaapplaats voor de komende 2 nachten. We vergelijken 3 verschillende guesthouses, in alle drie ruikt het nogal muf. Omdat we weinig zin hebben om verder te blijven zoeken nemen we onze intrek in een simpele bungalow, gelegen aan het strand.
Mirissa is een klein gehucht dat net voor Weligama ligt. Omdat de omschrijving in onze reisgids ons wel aanstond besloten we hier te verblijven in plaats van verder door te rijden tot Weligama. Nu we hier zijn toegekomen en even rond kijken stellen we vast dat het charmante dorp niet meer voorstelt dan een drukke hoofdstraat waar een aantal kleine straatjes op uitkomen.
Nu we hier toch zijn doen we het ermee, desnoods maken we er gewoon een extra dagje strand van.
Hoe klein Mirissa ook is, tot onze grote verbazing vinden we hier enkele restaurantjes die op het strand gelegen zijn. Dat geeft deze bestemming toch net dat tikje meer, het is best gezellig vertoeven op het kleine strand van de baai in Mirissa. Voor het eerst kunnen we iets drinken op het strand en kunnen we er daarnaast ook ontbijten en dineren.
De volgende dag maken we een wandeling naar Weligama. Het strand loopt niet volledig door, dus zijn we verplicht een heel stuk over de drukke hoofdbaan te wandelen. Van zodra we Weligama naderen kunnen we terug het strand op, het is broeierig heet in de zon.
In dit dorp gaan we op zoek naar de paalvissers, of dat was althans de reden waarom we hier een tussenstop maakten. Volgens een oude traditie klimmen de vissers op een houten paal die in het water staat om van daarop vissen te vangen.
Het is al middag wanneer we Weligama goed en wel te voet bereiken, de afstand hadden we iets of wat onderschat. Maar niet enkel het late uur maakt dat we niet te zien krijgen waarvoor we gekomen zijn. Vermoedelijk is de zee ook veel te wild op dit moment en wordt er daarom niet op de traditionele manier gevist. We stelden ons al de vraag hoe de mannen dat in godsnaam zouden doen van op een stok terwijl de golven op hen inbeuken.
De hele terugweg zien we te voet niet zitten, dus nemen we een lokale bus terug voor amper een paar eurocent. Net wanneer we nog even willen ontspannen op het strand komen er dikke wolken opzetten. Kort daarop wordt de hele hemel donkergrijs en volgt er een stevige, tropische regenbui.
Gelukkig is het meeste water gevallen tegen de avond en kunnen we alsnog eten op het strand.
Na een tweede nacht in de doffe, muffe bungalow zijn we klaar om te vertrekken. Om 7u30 staan we reeds op straat, vandaag nemen we de bus richting Colombo.
Hoewel we aan een busstop staan rijdt de ene bus na de andere ons simpelweg voorbij. Ook enkele locals die op dezelfde plaats een bus proberen te doen stoppen lijken daar niet zo gemakkelijk in te slagen. Staan we dan toch op een verkeerde plaats? Of heeft de chauffeur geen zin om te stoppen? Zitten de bussen al te vol? Het is ons een raadsel, maar tegelijkertijd ook heel ergerlijk om keer op keer een bus te zien passeren.
Na 20min stopt een minibusje met bestemming Colombo. Geraken we dan toch nog op een comfortabele manier tot in de hoofdstad?