Verslag Vietnam
Van Laos naar
Vietnam: we maken kennis met de Vietnamese cultuur en mentaliteit en zien het
landschap alweer veranderen.
Aan de grens van Laos met Vietnam wordt ons geduld
nogmaals op proef gesteld. Aan de Laotiaanse kant dringen de mensen zich in een
hoop rond de twee loketten, maar gelukkig worden wij er als toeristen tussen
genomen. De Vietnamese immigratiedienst neemt zijn tijd met onze paspoorten te
doorzoeken terwijl wij de nodige formulieren invullen. Als dat klaar is moeten
we naar een volgend kamertje om een ander papier te ondertekenen en daarbij
moeten er centen op tafel gelegd worden. Vervolgens terug naar de eerste ruimte
waarna ze ons op de gang zetten en onze rugzakken gecontroleerd worden. We zijn
met 5 toeristen en één jonge Australische moet haar rugzak volledig
binnenstebuiten keren. Gelukkig gaat het bij ons iets vlotter en kijken ze
amper wat we meedragen. We stellen ons dan ook de vraag wat het nut van dit
alles is.
Eens buiten de grenspost lopen we op een bus die
rechtstreeks naar Hanoi rijdt. Langs de ene kant een grote opluchting want we
hadden gelezen en vernomen van de drie andere reizigers dat dit niet direct de
meest gemakkelijke grensovergang is om vervoer te vinden.
Het juichen stopte echter al gauw toen de buschauffeur
de schandalige prijs van 35$ per persoon vroeg. Ook al wisten we dat we weinig
mogelijkheden hadden, we gingen toch op zoek naar een minibusje dat zou willen
rijden. Het werd echter al snel duidelijk dat de mensen uit dit kleine dorp
samenspanden en niemand wilde of kon ons verder helpen.
Toen zagen we de douanebeambte komen aanrijden op zijn
brommer en we schakelden hem in om een betere prijs te krijgen voor de lange
rit naar Hanoi. De chauffeur ging uiteindelijk akkoord met 20$ per persoon en
zo waren wij er ook zeker van om vandaag nog in Hanoi te geraken.
Met een overvolle bus zetten we de tocht in. De
“busbegeleider”, de man die ervoor zorgt dat alle bagage meekan en passagiers
laat in- en uitstappen, bleek een verschrikkelijk irritante tic nerveux te hebben.
Minstens 3 à 4 keer per minuut snoof hij luidruchtig lucht binnen via zijn
neus, daarop volgde een degoutant gerochel en rare mond- neus- en nekbewegingen.
Het landschap werd groener naarmate de rit vorderde.
Het eerste stuk reden we nog steeds door bergachtig gebied met de nodige
bochten en hellingen.
De rijstvelden hier in Vietnam waren heel nat en
werden op deze tijd van het jaar voorzien van jonge rijstplantjes. Een heel
ander beeld dat de dorre rijstvelden uit Laos.
Overal zagen we vrouwen gebukt staan in de velden,
volop bezig met rijst te planten. Dat zorgde voor mooie, groene terrassen.
Na een tien uur durende rit kwamen we toe in Hanoi. De
bus draaide een busstation op en wij westerlingen werden gevraagd om uit te
stappen en een taxi te nemen. Aangezien alle Vietnamezen bleven zitten waren
wij dus niet van plan om een veel te dure taxi te betalen en wisten we ook wel
dat we nog ver uit het centrum zaten. We hielden voet bij stuk en reden verder
mee stadinwaarts waarvoor we betaald hadden. Daar werden we dan weer opgewacht
door een horde moto-taxi’s die je maar al te graag willen vervoeren. Het
Vietnamese avontuur kan beginnen !