Verslag Uruguay

 

Montevideo: vanuit Buenos Aires gaan we een aantal dagen cityhoppen in Uruguay.

 

Je hoeft enkel de Rio de la Plata maar over te steken en je staat al in Uruguay. Wij kiezen voor de overtocht met de trage boot, deze is goedkoper en doet er 3u over in plaats van een uurtje. Voor de eerste keer wordt onze bagage ingecheckt zoals op een vliegtuig, daar hoeven we dus al niet mee te sleuren. Het is een mooie ferry met alle comfort en faciliteiten: een taxfree winkeltje, een lift, een cafetaria en omdat we bij de eerste waren om in te checken kunnen we nog één van de salonnetjes inpalmen tegen het raam en hoeven we niet in de rijen zetels te zitten zoals op een bus.

 

De goedkoopste overzet is van Buenos Aires naar Colonia en van hieruit zullen we dus ook de terugweg aanvatten. Nu het toch al middag is wanneer we toekomen nemen we ineens de bus verder naar Montevideo, de hoofdstad van Uruguay. Daar komen we toe in de late namiddag en gaan we direct op zoek naar een hapje. We zijn een hele dag onderweg geweest en onze magen knorren behoorlijk. We belanden in een simpel eethuisje en tot onze grote spijt is de menukaart niet anders dan in Argentinë. Wat ons betreft is het allemaal fastfood en dat worden we kotsbeu. Kip, vis en vlees worden vaak gepaneerd of gefrituurd met een korstje, daarbij krijg je een grote hoop frieten en kan je slechts af en toe kiezen om die te vervangen door een gewone aardappel of puree. Drink daarbij nog een flesje cola van 600ml en “je bent goed bezig”. Om ons budget wat onder controle te houden kiezen we meestal voor de simpelere eethuisjes maar daar kan je niets anders verwachten dat dit soort gerechten. De beste oplossing is apart nog een slaatje bijbestellen zodat je toch nog iets van groentes binnen hebt.

 

We slapen in een heel simpel hotelletje, een oud gebouw met hoge plafonds en versleten ramen. Wanneer we ’s avonds in de gemeenschappelijke ruimte tv kijken begint het plots heel hevig te hagelen, het zijn vrij grote ijsbollen die naar beneden kletteren. Daarna volgt een stortregenvlaag en komt het water langs de ramen naar binnen gestroomd. En dat mag je letterlijk nemen, zowel van onder de lange ramen die tot op de grond komen als langs de gewone ramen komt het water binnen. Als een gek moet je dan de ramen proberen te openen, niet gemakkelijk door de hevige rukwinden, en de houten luiken langs de buitenkant sluiten, anders zit je binnen de kortste keren met een binnenzwembad.

 

Onze stadswandeling beginnen we vlakbij het hotel aan Plaza Independencia waar een standbeeld staat van de grootste held van het land, Jose Artigas. Zijn urne staat in een ondergronds mausoleum onder het plein dat je gratis kan bezoeken. Twee wakers staan langs weerszijde van de urne die heel nietig en klein lijkt in het grote, marmeren mausoleum. We lopen nog langs een aantal andere historische gebouwen in de stad en over kleine, gezellige pleintjes in het oude stadsgedeelte. Hier staan nog veel oude gebouwen die dit deel van de stad zijn charme geven, sommigen zijn opgefleurd met kleurrijke gevels, anderen zijn volledig vervallen.

 

Hoewel Montevideo de hoofdstad is van Uruguay heb je niet al teveel tijd nodig om de stad te verkennen. Heel groot is het er niet en vooral in het gezellige, oude gedeelte ben je snel rond. Langs de Ramblas wandelen we verder vergezeld door een stevig windje en dat maakt het nogal fris. We waren nog zo blij dat het in Buenos Aires eindelijk wat warmer werd en nu wijst de thermometer alweer maar 11°. Wat kijken we uit naar het vervolg van onze reis naar warmere oorden na zovele maanden winter en kou.

We gaan een kijkje nemen aan één van de stranden in de stad langs de Rio de la Plata rivier. Playa Ramirez ziet er allesbehalve uitnodigend uit, het lijkt wel alsof de vuilniskarren hier hun PMD afval komen dumpen. Zowel op het strand als in het water drijft het bomvol plastieken flessen en rommel, echt jammer is dat. We houden dit strandbezoek dan ook snel voor bekeken, we worden haast van het strand geblazen door de sterke zeewind.

 

Op de terugweg naar het nieuwe stadsgedeelte horen we lawaai van vogels in de palmbomen. Het zijn ofwel grote parkieten, ofwel kleine papegaaitjes. We vinden het heerlijk om deze diertjes terug te zien, wat verder knabbelen ze samen met een horde duiven van het sappige, groene gras.

Aangezien we sneller rond zijn met onze sightseeing dan gedacht wandelen we over de grote winkelstraat en nemen sinds lang nog een keer de tijd om een aantal winkeltjes binnen te gaan. We kwamen sterk in de verleiding om een houten potje te kopen voor de typische maté, maar besluiten het toch maar te laten aangezien we het nog heel wat maanden zullen moeten meedragen en we er thuis toch niet veel mee zouden doen. Maté is een soort van theeblaadjes die heel erg bitter zijn en zowel in Argentinië als Uruguay door jong en oud gedronken wordt op eender welk moment van de dag, liefst zelfs de hele dag lang. De fijne blaadjes worden in een houten potje gedaan en daarbij voegen ze telkens kleine beetjes warm water en drinken het met een zilveren rietje.

Onze laatste halte van vandaag in de supermarkt. We hebben nood aan verse groenten en bereiden ons een lekker en vooral gezond avondmaal.

 

De volgende ochtend nemen we opnieuw de bus naar Colonia. Aangekomen aan de busterminal zijn we alweer druk aan het overleggen en babbelen en om de één of andere reden zegt Dave “oola”, een woord dat wij in Antwerpen gebruiken als “oeps”. We hadden al vaker tegen mekaar gezegd dat we daarmee moesten opletten aangezien “holà” in het Spaans “goeiedag” betekent en dat het wel eens onnozel kan overkomen als wij het in onze taal ook gebruiken. We lopen de trappen naar de busterminal op en Dave zijn Antwerpse oola wordt vriendelijk beantwoord door een Uruguayaan die langs de kant zijn maté drinkt met holà. Eigenlijk is het best grappig en het zal nog niet de laatste keer zijn dat dit voorvalt.