Verslag Panama
Panama
City: tussen het geloop, de vele e-mails, het gezever en geknoei met
bankkaarten door kunnen we toch nog even tijd maken om iets van de omgeving te
zien.
Toen we ’s avondslaat landden en met de taxi naar het
centrum van de stad reden zagen we de knappe, verlichtte skyline van Panama
City. Toen dacht ik bij mezelf: wat een knappe stad.
Die mening draaide helemaal om wanneer we de eerste
dag rondliepen in diezelfde stad. De buurt waar wij logeren, La Exposicion, is
allesbehalve spannend. Drukke straten met toeterende chauffeurs, de buurt is
helemaal niet gezellig, een cafeetje of restaurant is uit den boze, een
terrasje doen in het goede weer zit er al helemaal niet in en hoewel we
dichtbij de Baai van Panama logeren is er zelfs aan de waterkant niets te zien.
Het gebeurt niet vaak, maar wat mij betreft zou ik liever vandaag nog
vertrekken dan morgen. Dave in dat geval vindt het hier bijlange zo erg niet en
ziet deze stad niet zo negatief in als ik.
Hoewel ik me hier niet thuis voel zijn we toch min of
meer verplicht om hier een aantal dagen door te brengen. Vooreerst door de
problemen met de bankkaarten, maar daarnaast is er toch het één en ander te
zien in en rond Panama City.
Tijdens onze eerste dag in de stad gingen we al een
kijkje nemen in de mooie, oude buurt Casco Viejo. Hierover vertelde ik al in
het vorige verslag.
Daarnaast bezochten we ook het Parque Natural
Metropolitano, een tropisch park dat binnen de stadslimieten ligt. Hier hadden
we gedacht even te ontsnappen aan de drukte van de stad, maar aangezien er twee
grote wegen lopen langs weerszijde van het park was dat niet bepaald het geval.
Vaak hoor je de auto’s naast je racen, het is pas van zodra je het wandelpad
neemt dat iets meer naar de binnenkant van het park loopt dat je enkel fluitende
vogels hoort en vallende bladeren. Heel leuk was de donkerbruine neusbeer die
we in het begin van de wandeling zagen, hij zat met zijn grote neus in
plastieken zakjes die hij uit een vuilnisbak had gevist.
In het park zijn 5 kleine wandelingen waarvan de
langste amper 1,1km is. We hoorden vele vogels en vooral ook veel geritsel in
de bossen, maar veel dieren zien is moeilijk. Twee neusberen kruisten ons pad
en daarnaast zagen we van ver nog een harig diertje in de bossen. De luiaard
die ook in dit gebied zou wonen liet zich niet zien en van de talrijke vogels
waren er ook niet veel die zich vertoonden. Wat dan weer wel een schitterend
zicht opleverde was de view over de skyline van Panama City van op het hoogste
punt van het park. Tussen de bomen en de bossen door zagen we de hoge
flatgebouwen met daarachter de Baai van Panama.
Nadat we onze benen gestrekt hadden in het park namen
we de taxi naar de Miraflores Locks. Dit zijn gigantische sluizen in het Panama
Kanaal die een verbinding maakt voor de boten die tussen de Caribische Zee en
de Stille Oceaan varen. We beginnen ons bezoek met een film in het theater,
maar doordat die in het Spaans vertoond wordt zonder ondertiteling verstaan we
er jammer genoeg niet heel veel van. De man van de receptie zei ons nochtans
dat de Engelse versie zou vertoond worden en wanneer we later terugkeerden voor
een tweede poging bleek de zaal gesloten. De reden waarom we niet bleven zitten
voor een tweede vertoning was dat er net een groot containerschip door de
sluizen kwam, indrukwekkend !
Een heus containerschip, het grootste dat door de
sluizen kan passeren, lag als een reus in het water. Deze boot betaalt zomaar
even 316.000 USD om door het Panama Kanaal te varen. Maar het bedrag dat hij
hiermee uitspaart door niet rondom Zuid-Amerika te moeten varen is maar liefst
3.000.000 USD, het gaat hier om grof geld. De totale duurtijd om door het
volledige kanaal te varen is 24u en ongeveer 24 boten per dag passeren de
sluizen, de kleinste onder hen varen er ’s nachts door.
Terwijl het grote containerschip zich klaarmaakt om
naar de volgende sluis te varen komt er ook nog eens een gigantisch groot cruiseschip
aanvaren van P&O. De passagiers staan in bloot bovenlijf en bikini aan de
balustrades te kijken, het moet helemaal indrukwekkend zijn wanneer je zelf het
volledige kanaal kan doorvaren.
Nadat we van op de verschillende balkons naar de grote
schepen hebben staan kijken brachten we een bezoekje aan de vier verdiepingen
van het Panama Kanaal Museum. Heel interessant en leuk ingericht, zelfs voor
ons niet-museumliefhebbers. In een simulatiekamer werd de stuurhut van de
schipper nagebouwd en kan je zelf aan het roer gaan staan om een containerschip
in de sluis te varen met het daarbij horende geklots van de golven. Verder zijn
er ook aquariums gevuld met water uit het kanaal en de vissen die erin leven.
Op onze laatste dag, ik heb intussen beslist dat ik
echt genoeg heb gehad van de stad en de bijhorende miserie en stress, proberen
we op de Causeway of Amador te geraken. Dit is een mooie, lange laan met
palmbomen en lantaarns die 4 kleine eilanden verbindt met het vasteland. Met
onze reisgids in de hand wandelen we naar het punt waar de bussen zouden moeten
vertrekken. Zoals op andere plaatsen in de stad is het ook hier een mierennest
van auto’s en bussen, we geraken er niet aan uit waar we ergens moeten zijn.
Dan maar eens vragen aan een buschauffeur en hij zegt ons op te stappen en mee
te rijden naar een terminal. Daar aangekomen gaan we informeren naar de juiste
bus en die blijkt van hieruit niet meer te vertrekken op dit uur. Vooraleer we
dat te weten kwamen moesten we onze vraag misschien wel 4 keer herhalen waarop
een vrouw elke keer iets mompelde in plaats van duidelijk te zeggen dat we hier
niet moesten zijn. Dan maar opnieuw een andere bus op die ons terugbracht naar
de plek waar we daarstraks al stonden. Voor de zoveelste keer lopen we hier
weer verloren in het verkeer en uiteindelijk brengt een oude man ons naar iets
wat een bushalte zou moeten zijn. Bijna een uur stonden we hier te wachten,
waarbij ik moet toegeven dat ik intussen op koken stond, toen er gelukkig een
taxi aankwam die we konden delen met 2 andere mensen.
Zo geraken we dan toch nog aan de wandelweg en kunnen
we een beetje uitwaaien van de drukte in de stad. Al is het hier toch minder
gezellig dan we verwacht hadden. Één grote rijweg met vrij veel verkeer
waarlangs ook een voetpad ligt. De palmbomen geven het dat beetje meer
gezelligheid, maar dan nog is het geen hoogvlieger. We passeren langs een soort
van galerij waar een aantal restaurantjes zijn en drinken er een dure
fruitshake. We wandelen de hele Causeway terug af richting het vasteland en
wachten op het einde nog een keer vruchteloos op een bus. Dan maar te voet
verder, al is het nog een lange weg terug naar de stad. Na lang wandelen stopt
er een kleine auto/taxi en kunnen we de laatste kilometers met hem meerijden.
Gelukkig maar, want we moeten een gevaarlijke buurt passeren die gekend staat
voor het krapuul en de dieven.
Voor een laatste keer gaan we naar de supermarkt en
halen we ons iets te eten. Het enige in de buurt is een Mc Donald’s en dat is
nu net niet wat we elke dag willen eten. Gelukkig hebben we een ruime kamer met
kabeltv en airco, de kakkerlakjes krijgen we er gratis bij.
Ik zou nog bijna vergeten vertellen dat we deze
ochtend eigenlijk van plan waren om te gaan relaxen en wandelen op Isla Taboga,
maar tegen de tijd dat we alweer uit het internetcafé stapten en in een taxi
zaten was het zo goed als te laat om nog te vertrekken. Heel toevallig bleek
onze taxichauffeur een kerel te zijn die ons gisteren aansprak toen we in een
bank stonden. Hij zou voor ons zonder enig probleem aan geld geraken met een
kaart die in een gewone bank geweigerd werd, heel betrouwbaar zoiets. Ik voelde
me al niet meer op mijn gemak toen hij ons vertelde dat we mekaar gisteren al
een keer zagen en toen ik hem vroeg hoelang we erover zouden doen naar de
plaats te rijden waar de boten vertrokken begon hij precies bewust trager te
rijden. Wat een degoutante kerel, hij had er precies plezier in dat we niet op
tijd aan de boot zouden geraken, dus lieten we hem stoppen en stapten uit.
Voor Dave vind ik het ook wel jammer dat ik me hier zo
slecht voel en weg wil. Wat hem betreft zouden we nog wat langer blijven om
toch nog naar het eiland te gaan en ook nog te gaan wandelen in het Parque
Nacional Soberania, maar ik kan het echt niet opbrengen om hier langer te
blijven.
Tot zover het moeilijke begin van onze trip door
Panama, laat ons hopen op beterschap.