Verslag Pacific - Cookeilanden
Cookeilanden –
Rarotonga: een klein paradijs op aarde, hier nemen wij een weekje vakantie
tijdens onze lange reis.
Donderdagavond 19 juni om 22u vertrekt onze vlucht met
Air New Zealand. Donderdagochtend, 19 juni om 4u40 ‘s morgens komen we toe op
de Cookeilanden na een vlucht van 3u40min. Hebben ze ons in een teletijdmachine
gestopt in plaats van op een vliegtuig gezet :-) Nee hoor, we zijn de
datumgrens overgestoken waardoor we donderdag 19 juni twee keer volledig
meemaken, de dag dat we tien maanden onderweg zijn.
Wanneer het zonnetje opkomt wordt het ons direct
duidelijk dat we ons op een prachtig eiland bevinden. Het binnenland van
Rarotonga is niets dan groen, hoge bergen met puntige pieken en afgestompte
toppen. Het centrum van dit eiland is zo dichtbegroeid dat het een jungle
lijkt, absoluut een indrukwekkende omgeving.
Omdat we echt vakantie wilden nemen boekte Dave een
bungalow aan het strand, deze week willen we genieten en relaxen en dat kan
niet beter dan op deze plek. Een ruime bungalow op palen met een perfect zicht
over het strand, de oceaan en de zonsondergangen ! ’s Morgensvroeg ontbijten we
met zicht op zee, zelfs wanneer we nog lui in ons bed liggen zien we de golven
overslaan en tussen de takken van de palmbomen zien we de zee. Om de
zonsondergang te zien moeten we niet eens van ons balkon komen, we zetten ons
gezellig neer met een glaasje wijn en genieten…
Hoewel we van plan waren goed te rusten kriebelde het
toch al snel weer om iets te doen. De dag dat we toekwamen namen we de bus naar
het centrum en gingen daar een kijkje nemen. In Avarua bevinden zich de meeste
winkeltjes, restaurants en cafés. Hoewel het een klein eiland is, is het
centrum gezellig en straalt pure tropische charme en warmte uit. We gaan er
voor de eerste keer terug iets eten in een plaatselijk restaurantje en vinden
het geweldig na al die maanden zelf gekookt te hebben in onze camper. In de
namiddag leggen we ons lui op het strand, dat zonnetje is zalig na de winterse
grillen van de voorbije weken.
Na een eerste zalige nacht in onze bungalow worden we
pas wakker om 11u, oeps. De vorige nacht hadden we amper geslapen, maar zelfs
nadat we gisteren vroeg in bed kropen sliepen we toch nog langer dan verwacht.
Daar willen we geen gewoonte van maken, anders krijgen we niets te zien van dit
knappe eiland. Toch nemen we vandaag alweer een luie dag, maken een lange
strandwandeling en leggen ons daarna tussen de ontelbare krabbetjes in het
zand.
Tijdens onze strandwandeling kregen we het gezelschap
van twee lieve hondjes, zij volgden ons de ganse weg en komen de hele tijd een
aai over hun kop vragen. De ene is een beige, een soort van herdershond en de
andere is een zwarte die al flink grijs wordt door de ouderdom. We zijn direct
verkocht door hun lieve snuiten en tijdens de rest van ons verblijf worden we
regelmatig door hen vergezeld. Ongelofelijk hoe snel ze ons kennen, van zodra
ze ons zien aankomen gaan hun staarten zo wild tekeer dat ze bijna hun
evenwicht verliezen door zo hard met hun achterste te wiegen. Het nadeel van
hun aanwezigheid is dat ik vaak bang word wanneer we andere honden moeten
passeren en er vaak gevochten wordt. Onze twee woefen zoeken dan bescherming
tussen ons beiden waarbij ik bang krijg als de andere honden met opgetrokken
bovenlip komen afgelopen. Het is ongelofelijk hoeveel honden er op dit eiland
wonen, gelukkig zien ze er allemaal gezond en verzorgd uit ook al lopen ze los
over straat en doen ze waar ze zin in hebben.
Nu even terug naar het strand, we maken veel lange
wandelingen en vinden het zalig om blootsvoets te kunnen rondlopen. Alleen is
het uitkijken geblazen voor de schelpjes, de glasscherven die verspreid over
het strand liggen en het koraal. Overal zien we niets dan afgebroken stukken
koraal, sommigen zijn nog heel erg mooi van kleur. Heel verwonderlijk is dat
niet want de golven beuken met een enorme kracht in op het rif dat op een paar
tientallen meters van het strand ligt. Van ver hoor je het lawaai van de golven
die breken, dat moet voor “ravage” zorgen. Het eiland van Rarotonga is omgeven
door een rif, volledig rondom rond. Dat maakt dat je een groot kleurverschil
ziet tussen het donkerblauwe water van de oceaan en het felblauwe en super
heldere water van de lagune. Tot op de laatste dag bleven we tegen elkaar
zeggen: wat is het hier prachtig, zo’n knappe kleuren !
Toen we op een middag lagen te zonnen onder de
palmbomen en we op nog geen tien minuten tijd twee kokosnoten naar beneden
hoorden vallen besloten we ons toch maar te verleggen, we zijn ons leven nog
niet beu. Als zo’n kokosnoot op je donder valt is het gedaan met spreken.
We hoefden de trap van onze bungalow maar naar beneden
te nemen en we zaten al op het brede, witte zandstrand. Pure luxe op
backpackersniveau :-) We hebben ons eigen keukentje met alles erop en eraan en
kunnen dus de hele dag door frisse drankjes uit de koelkast nemen, we liggen
immers voor onze deur.
Op zaterdag staan we vroeg op om naar de plaatselijke
Punanga Nui Market te gaan. Een erg gezellige markt met allerlei kraampjes van
de immerlachende eilandbewoners met hun bloemen in het haar of achter het oor.
Dit is echt een onbezorgd volkje dat met de glimlach op het gezicht door het
leven gaat.
In een fruitkraampje kopen we ons twee pau pau’s, een
heerlijke lokale vrucht die iets weg heeft van meloen, maar enigszins bitter
smaakt. We drinken ook een vers fruitsapje dat gemaakt is van heel wat
verschillende fruitsoorten en tegen het middaguur kopen we ons iets te eten in
één van de vele kraampjes. Ik vind twee paar leuke oorbellen en Dave koopt twee
nieuwe t-shirts, wat is het lang geleden dat we nog eens iets voor onszelf
kochten.
Na opnieuw een middagje in de zon moeten we ons nog
haasten om op tijd gewassen en aangekleed te zijn voor de Island Night in het
Edgewater Hotel. Dit soort van voorstellingen wordt op verschillende plaatsen
georganiseerd en gaat gepaard met een lekker buffet. Nadat we onze buiken goed
rond hebben gegeten, we zijn het precies niet meer gewoon om veel te eten en
zitten jammer genoeg al snel vol, begint de show. Deze bestaat uit
verschillende Polynesische dansen waarbij er behoorlijk met de heupen wordt
gewiegd door de vrouwen terwijl de mannen met hun knieën staan te schudden. Ze
worden begeleid door een drumorkest dat leuke melodietjes brengt, ongelofelijk
hoe zij erop los trommelen en nog ongelofelijker hoe die vrouwen en meisjes met
hun poep kunnen schudden.
Terwijl we na de show druk babbelend naar “huis” lopen
presteren we het voor de zoveelste keer om onze bungalow voorbij te gaan en
staan we in het donker rond te kijken en zoeken. We zullen het blijkbaar nooit
leren om wat meer oplettend te zijn, het is niet de eerste keer dat we over en
weer moeten lopen om onze slaapplaats terug te vinden.
Op zondag wonen we de kerkdienst bij, de Sunday Mass.
De bevolking op dit eiland is uiterst katholiek, zelfs gisteren voor we mochten
beginnen eten moest er eerst gebeden worden. Op dit kleine eiland zijn er veel
kerken waarbij de priesters op een talrijke opkomst kunnen rekenen. Het
speciale hieraan is dat de dienst in het Maori wordt geleid en de gezangen die
daarmee gepaard gaan. Zowel de mannen als vrouwen zingen uit volle borst, het
bezorgt ons kriebels als we horen hoe zij erin opgaan. Van de teksten begrijpen
we niets, maar de melodietjes zijn heel opgewekt en sfeervol. Iedereen kleedt
zich ook op om naar de mis te komen, de vrouwen dragen allemaal een hoed, de
kinderen zitten samen op de voorste rijen en spelen bijna gedurende de hele
misviering.
’s Avonds gaan we nog een keer gezellig uit eten in
een restaurantje aan het strand. We delen er een tafel met een Nieuw-Zeelands
koppel, we hadden niet gereserveerd en hadden weinig keuze, en houden er een
leuke babbel aan over. Blijkt dat er een Belg aan de bar zit, nogal een slome
kerel die ons in zijn Brugs taaltje aanspreekt waarbij ik mijn lach moet
inhouden. Het klinkt nogal grappig, de manier waarop hij spreekt en langs geen
kanten moeite doet om zich een beetje verstaanbaar te maken ten opzichte van
ons, Antwerpenaars.
Onze dagen vliegen veel te snel voorbij en om toch nog
iets van het eiland gezien te krijgen huren we een fiets. Het eiland is maar
32km rondom rond en dus gemakkelijk op deze manier te verkennen. We rijden naar
het begin van een wandeling die de doorsteek van het eiland maakt, maar omdat
we al verschillende keren hoorden dat het nogal gevaarlijk is om verloren te
lopen besloten we enkel de klim naar de top te maken en langs dezelfde weg
terug te gaan. Een moeilijke beklimming naar The Needle met een top van 413m,
maar eens boven hebben we een prachtig zicht over de omgeving en zien we ook in
de verte het helderblauwe water van de lagune. Ongelofelijk hoe groen dit
eiland is, dat valt nog eens te meer op nu we hier op zo’n hoogte staan en een
360° uitzicht hebben.
De afdaling is ook niet niks, er is geen echt pad en
de weg gaat heel steil over niets dan boomwortels. Meerderen malen hurk ik om
af te dalen uit schrik dat ik anders onderuit ga. Ik ben blij dat we terug op
onze fietsen kunnen stappen en niet te voet verder moeten.
De temperatuur op dit eiland schommelt amper, het komt
nooit onder de 20° en gaat ook nooit boven de 30°. Een verschil tussen zomer en
winter is er dus bijna niet, alhoewel de plaatselijke bevolking al kou gaat
lijden bij de huidige temperaturen van 25°.
Tijdens onze fietstocht nemen we de “achterbaan”, er
zijn maar twee wegen die het eiland rondgaan. Het valt ons op dat de bevolking
in mooie huizen woont en armoede is er naar wat wij te zien krijgen niet. Zo nu
en dan botsen we op een dorpsgek, maar verder kunnen we besluiten dat dit
volkje het goed heeft dankzij het bloeiende toerisme.
Op onze voorlaatste dag maken we een zoveelste
strandwandeling naar de meest heldere zwemplek van het eiland, dit is een goeie
plaats om te snorkelen. Maar aangezien mijn ogen stilaan geïrriteerd geraken
door de zon en het zout waag ik het liever niet om onder te duiken en besluit
ik het bij een zwempartijtje te houden. Dit is het meest heldere water dat we
ooit gezien hebben, zo paradijselijk. Door de vele golven is het nogal moeilijk
om de visjes te zien en je moet oppassen dat je het koraal niet raakt. Terug op
het strand krijgen we het gezelschap van onze twee hondjes, zij komen alweer
hevig kwispelend aangestormd en doordat ze wild afremmen krijgen we een pak
zand op onze handdoeken. Daarna zetten ze zich rustig neer en blijven wat
flodderen. Niet alleen zij twee, maar ook wij vinden hun gezelschap plezant.
Andere toeristen jagen hen weg maar gelukkig zijn er toch nog meer
dierenvrienden die hen wel aandacht geven. Een opluchting om dat te zien, want
ik krijg het al lastig dat we ze opnieuw moeten “achterlaten”.
Onze laatste dag op dit eiland zullen we absoluut
nooit vergeten ! Tetini Pekepo is een bekende artiest op dit eiland en hij
zorgt voor een onvergetelijke herinnering. Op onze tweede dag brachten we hem
een bezoekje en besloten we een afspraak te maken, we lopen al een paar maanden
met deze gedachte en nu wordt het werkelijkheid !
“T” zoals hij genoemd wordt is een echte Maori en een
tattoo-artiest. Maar bij hem kan je niet zomaar even binnenwandelen en een
tekening voor het leven laten zetten. Aan elke tattoo die hij zet moet een
levensverhaal vasthangen, je hebt niet zomaar te kiezen wat er op je lichaam
komt.
We hadden ons huiswerk flink gemaakt en voor hij aan
zijn ontwerp begint moet je hem dus uitleggen wat je wil en wat het verhaal
daar rond is. Het speciale aan deze man is dat je nooit op voorhand weet wat je
zal krijgen, hij bepaalt en ontwerpt aan de hand van jou verhaal al heb je zelf
ook wel een minimale inbreng. Een afspraak bij Tetini is volledig gebaseerd op
vertrouwen, je moet vertrouwen in zijn kunnen aangezien het eindresultaat
steeds een verrassing is.
Ik vertelde hem dat ik een bloem wilde en de reden
waarom. Het deed met deugd te horen dat hij mijn verhaal er rond heel mooi
vond. De plaats waar je tattoo komt kies je zelf, maar dat is het zowat. Voor hij
begint legt hij zijn hand op de plaats waar hij zal tekenen en bidt in het
Maori. Daarna begint hij na te denken en start met de losse hand. Ook dat
vinden we zo bijzonder aan hem, hij tekent niet zomaar een standaard figuur af
maar ontwerpt het in gedachten en tekent het zonder enige voorbereiding, ook
niet op papier.
Ik zit al een week met de kriebels en hoop dat ik niet
te kleinzerig ben, gelukkig blijkt dat mee te vallen. Je voelt uiteraard de
trillingen wel en het prikkelt wel wat, maar doodsangsten moet je er niet voor
uitstaan ;-) Sommige stukken zijn wel veel gevoeliger dan andere en wanneer hij
een hele tijd op hetzelfde plekje bezig is met inkleuren moet ik toch even op
mijn tanden bijten.
Het resultaat: een prachtige bloem ! De extra die hij
eraan toevoegde en de tattoo toch een stuk groter maakte dan gepland: naar
onderen toe tekende hij het symbool voor een wortel die zich vastzet in de
grond. Dat in functie van onze reis: eens komen we terug thuis en bouwen we
daar ons stekje op. Naar boven toe tekende hij vliegende vogels, hoewel je het
moet weten voor je merkt dat het vogels zijn en dat maakt het net zo speciaal.
Dat opnieuw in functie van het reizen en ontdekken, daarnaast kreeg ik ook nog
het symbool voor “nieuw leven”.
Ik ben enorm blij met het resultaat, dit is echt uniek
en gebaseerd op mijn verhaal. Het ziet er prachtig uit !
Dave zijn verhaal was iets korter, bovendien wist hij
niet eens wat hij juist wilde. Wel dat het op zijn achterarm moest staan en in
de vorm van een rechthoek. Opnieuw volgde het gebed voor hij begon aan het
ontwerp dat ook nu voortvloeide uit de losse hand. Hij vertelde Dave dat hij
een pijnlijke plaats had uitgekozen om te laten tatoeëren, de achterkant van je
arm op dat weke velletje. Het resultaat was alweer verbluffend, een prachtige
tekening met heel wat verwijzingen naar onze reis. Haaientanden geven
bescherming tijdens de trip terwijl andere symbolen voor kracht zorgen. Een
knappe tattoo waar een knap verhaal aan vast hangt en dat gecreëerd door een
echte Maori, hem vergeten we nooit !
Met deze eeuwige herinnering sluiten we een prachtige
week af ! We hebben absoluut genoten van ons verblijf op de Cookeilanden en met
volledig opgelaten batterijen kunnen we er opnieuw tegenaan.