Verslag Nieuw-Zeeland - Zuidereiland
Via de Southern
Scenic Route verkennen we de regio van The Catlins, deze keer krijgen we de
twee toppers samen; mooie natuur én het dierenleven.
Het landschap dat we tijdens deze rit te zien krijgen
is niet spectaculair in die zin dat het ons wat aan de Ardennen doet denken.
Maar dat het een bijzonder mooie en groene omgeving is kunnen we niet
ontkennen, bovendien staan er hier duizenden schaapjes te grazen op de
uitgestrekte groene heuvels. Deze weg loopt naar het zuidelijkste punt van dit
Zuidereiland waarbij we grotendeels langs de Pacific Ocean rijden.
De plaats waar we voor het eerst halt houden is Nugget
Point. Bijzonder aan deze plek is dat hier heel wat verschillende diersoorten
samenkomen, iets dat ergens anders niet het geval is. Zo zitten hier de
zeehonden, zeeleeuwen, zee-olifanten, yellow eyed pinguïns, en verschillende
vogelsoorten. In Roaring Bay gingen wij kijken of we de zeldzame yellow eyed
pinguïns ook vandaag konden zien. Op deze plek woont ook de kleinste
pinguïnsoort ter wereld, de blauwe pinguïns met hun schattige kuif, jammer dat
zij zich niet lieten zien.
Vanaf 16u15, zowat hetzelfde uur dan dat we ze vorige
keer zagen, kwamen ze één voor één uit het water. Met een golf komen ze mee aan
wal gespoeld en dan zetten ze een spurtje in naar het strand. Daarna wandelen
ze de duinen in waar ze nesten, vaak wachten ze op mekaar en waggelen dan
gezamenlijk verder. In totaal kwamen er 10 van hen vrij kort na mekaar
aangezwommen en alweer zeer tevreden konden wij onze weg verder zetten.
In Cannibal Bay kan onze volgende dag niet beter
beginnen, maar liefst 13 zeeleeuwen treffen we er aan. We hebben hier vlakbij
overnacht en staan al op het strand voor de zon boven de bergen komt, veel van
de zeeleeuwen slapen nog en de anderen zijn aan het spelen. Deze soort van
zeeleeuwen, de Hooker sea lions, leven enkel in Nieuw-Zeeland. Het zijn fameuze
beesten waarvan de mannetjes tot 500kg kunnen wegen. Voorzichtig gaan we
dichterbij, gelukkig hebben deze dieren de reputatie geen schrik te hebben van
mensen en kunnen we gemakkelijk onze gangen gaan en tientallen foto’s en
filmpjes maken. De dieren maken een grommend geluid terwijl ze spelen en mekaar
uitdagen voor een gevecht. Vaak maken ze daarvoor slapende zeeleeuwen wakker
die zich daar blijkbaar niet aan storen. We hebben lang staan kijken naar dit
schouwspel, geweldig is dit toch !
Ons geluk kan niet op wanneer we ook in Surat Bay een
aantal zeeleeuwen aantreffen. Deze zijn iets minder actief en liggen lekker lui
te zonnen op het strand. Of je er nu vlak voor gaat zitten om foto’s te maken
of niet, ze bewegen amper en trekken zo nu en dan even een oogje open.
Zo hebben we er meteen twee korte strandwandelingen
opzitten en een heleboel foto’s kunnen maken van deze Nieuw-Zeelandse
zeeleeuwen.
Tijd voor iets anders nu, we bezoeken de Purakaunui
Falls. Via een kleine omweg over een onverharde weg komen we aan de
toegangspoort. Na een korte wandeling komen we aan de waterval die niet
speciaal is en in die zin ook de omweg niet waard.
De McLean Falls die we daarna bezoeken zijn dat zeker
wel. De omgeving is erg tropisch, iets wat je niet verwacht in dit landschap.
De bomen zijn begroeid met mossen, zelfs de rotsblokken in het riviertje zijn
volledig groen. Eigenlijk is alles wat je hier ziet groen door de vele mossen,
een prachtige omgeving. De waterval op zich is ook indrukwekkender dan die van
daarstraks, maar vooral de wandeling er naartoe maakt het bijzonder.
In Porpoise Bay gaan we op zoek naar de zwart-witte Hector
dolfijnen, één van de zeldzaamste en kleinste dolfijnsoort ter wereld. Om deze
dieren te zien heb je veel geduld nodig, terwijl we zaten te lunchen in de
camper hielden we één oog op de baai in de hoop al een vinnetje te zien boven
komen. Na de lunch gingen we met de verrekijker in de aanslag op zoek, het
duurde maar een paar minuten voor Dave de eerste dolfijnen opmerkte. Ze zijn
inderdaad klein en veel meer dan hun rugvinnen krijg je moeilijk te zien. In
totaal zwommen er vijf dolfijnen heen en weer, ze bleven in hetzelfde gebied
toertjes maken wat het voor ons gemakkelijker maakte om ze te volgen. Een
aantal keer zagen we hun afgeronde snoetjes bovenkomen en we prezen onszelf
gelukkig dat we ook deze dieren te zien kregen.
In Curio Bay, de baai tegenover die waar de dolfijnen
zwemmen, gingen we een kijkje nemen naar de fossiele boomstammen die maar
liefst 180 miljoen jaar oud zijn. Deze bomen uit een subtropisch regenwoud
werden bedolven door het as van een vulkanische uitbarsting en later nog eens
bedekt door meer rotsen waardoor de boomstammen zakten tot onder de oceaan. Nu
ze opnieuw zichtbaar zijn kan je zowel boomstammen als boomstronken
onderscheiden, toch speciaal deze fossielen op het strand.
Een voorlaatste stop hielden we aan Slope Point, het
meest zuidelijke punt van het Nieuw-Zeelandse zuidereiland. Van op dit punt
kijk je over de enorme oceaan die voor je ligt, dit is misschien wel het meest
zuidelijke punt ter wereld waar wij tijdens onze reis zullen komen.
Deze lange dag met veel stops sloten we af in Waipapa
Point. Van zodra we het strand opwandelen lopen we zowat in de armen van een
reus van een zeeleeuw. Die ligt lekker te rollebollen in het zand en schenkt
geen aandacht aan die twee toeristen met hun fototoestel. Terwijl ze liggen te
zonnen scheppen ze met hun vinnen dikwijls zand over hun dikke lijven, een
grappig zicht. We wandelen het kiezelstrand af op zoek naar andere exemplaren,
maar kunnen er geen meer vinden. Op onze terugweg zie ik een yellow eyed
pinguïn op de rotsen, hij is helemaal alleen. Nadat hij een hele tijd op de
rotsen is blijven staan en rondkijken legt hij zich op zijn buikje neer. Raar
vinden we dat, de vorige keren zagen we ze altijd in groepjes uit het water
komen en naar de duinen lopen waar ze nesten. We kregen medelijden met hem en
hoopten dat hij niet verloren zou zijn of misschien wel ziek. Gelukkig werden
we wat later gerustgesteld door een vrouw uit de buurt. Zij maakte een
wandeling met haar hond en we vroegen haar of het normaal was dat deze pinguïns
helemaal alleen aan land kwam. Nu blijkt dat ze in dit seizoen erg verzwakt en
moe zijn door het voeden van hun jongetjes en vaak even moeten rusten wanneer
ze uit de zee komen voordat ze naar hun nest wandelen, oef.
Omdat we op deze plek niet veel dieren zagen en we
vooral graag nog een keer de gewone zeehonden willen zien blijven we hier
overnachten. We parkeren ons naast de vuurtoren en staan daarmee vlak naast de
zee. We horen het geluid van de golven tot in onze camper, dat wordt weer een
leuk nachtje.
Onderweg naar het toilet hoort Dave een snurkend
geluid, het komt uit de duinen waarnaast we lopen. En wat zien we daar liggen?
Een dikke zeeleeuw die zalig ligt te knorren.