Verslag Nieuw-Zeeland - Zuidereiland

 

Terwijl ik dit laatste verslag voor het Zuidereiland schrijf maakt Dave gebakken appeltjes met kaneel en rozijntjes. Hieronder volgt een korte beschrijving van de bezoekjes die we de laatste dagen aflegden.

 

Bij ons vertrek uit Marahau vliegt na de zoveelste bocht onze voorraadkast open. Dave vergat ze op slot te doen en nu liggen de potten en blikken verspreid over de vloer van de camper, de pot choco en een fles water vallen eruit wanneer ik de schuifdeur open. Oeps, accidentje. Kan gebeuren natuurlijk en ikzelf mag niks zeggen want ik had in Australië hetzelfde voor op dag 2.

 

We rijden naar Takaka, een dorpje in Golden Bay. Daar overnachten we aan de Pupu springs, het is inmiddels te donker om vandaag nog te gaan kijken en de parking is ruim genoeg om te kamperen en nergens staat een bordje dat het verboden is.

Het water van de Pupu springs is het helderste water ter wereld en dit is de grootste bron van zoetwater in Australasia. De volledige Maori-benaming luidt Waikoropupu springs en er borrelt maar liefst 14.000 liter water per seconde op uit drie verschillende bronnen.

Tijdens de korte wandeling er naartoe fladderen de fantails rond onze hoofden, dat zijn hele kleine vogeltjes met een mooie staart in de vorm van een waaier. Het water van de grootste bron is volledig doorzichtig, zo helder. Je ziet verschillende kleuren op de bodem waaronder de groene mossen en waterplanten, het witte zand en grijze keien. Op één van de platforms werd er een soort van aquarium gebouwd met spiegels waardoor je onder water kan kijken.

 

Van hieruit rijden we verder naar het andere eind van Golden Bay, daar ligt Farewell Spit. Dit is een enorme zandstrook van 26km begroeid met duinen. Eerlijk toegegeven klonk het interessanter of mooier dan het eigenlijk was. Op het moment dat wij toekwamen was het laagtij en was de zee minstens een halve kilometer ver weg. Wat overbleef was een vuil strand met niets dan verdorde dennennaalden en gebroken schelpen. We maakten de doorsteek naar Fossil Point, een veel mooier strand waar je eveneens kilometers ver kan wandelen. Hier komen de groene heuvels waar de koeien en schapen op staan te grazen uit aan het strand. Op de rotsen aan het uiteinde van het lange zandstrand groeiden er miljoenen mosselen, de oestervangers kunnen hier hun buikjes goed rond eten. Door de hevige wind waren we goed uitgewaaid en klaar voor de terugrit.

 

Een volgende stop maakten we aan Harwoods Hole, de grootste grot uit het zuidelijk halfrond. Ze is 400m diep en 70m breed en ligt volledig in de bossen. Een goed half uur heb je nodig om er naartoe te wandelen, maar eigenlijk is het dieptezicht niet zo indrukwekkend. Je moet over heel wat rotsen klimmen om bij het gat te geraken wat nogal gevaarlijk was omdat er een ijslaagje op de rotsen lag waardoor het heel glad was. Heel voorzichtig gingen we dichterbij kijken, maar door de vele planten en bomen rondom het gat zie je niet veel. Afdalen is voor ons in geen geval mogelijk en is enkel aan te raden voor zeer ervaren abseilers door de verticale wanden.

Op de terugweg pikken we nog een lookout mee die uitkijkt over de groene vallei met niets van hoge, groene bergen.

 

Rond de middag komen we toe in Kaiteriteri, een klein dorpje dat in een gezellige baai ligt en veel volk trekt door zijn mooie gouden zandstrand. We maken hier enkel een korte wandeling en gaan daarna een terrasje doen. Hoewel het intussen winter is geworden is het nog steeds stralend weer en lekker warm in het zonnetje.

 

Op onze voorlaatste dag belanden we in één van de mooiste regio’s van dit zuidereiland, de Marlborough Sounds. We maken de bijzonder mooie rit naar French Pass, niets dan bochten en bergen maar telkens krijg je een zicht op een andere baai. Het water is donkerblauw en steekt af tegen de groene bergen rondom rond. Dit is een speciale omgeving met de ene lange baai naast de andere waarin de armen van het vasteland uitkomen wat voor bijzondere vormen zorgt.

We genieten ervan om met de auto door deze omgeving te toeren en stappen af en toe uit voor een korte wandeling. Op de terugweg houden we halt in Elaine Bay waar we ons uitleven op twee boomschommels. Gelijk kleine kinderen zwieren we heen en weer, het is eens wat anders dan wandelen.

 

De laatste dag keren we terug naar Picton waar we morgen de ferry nemen. We bevinden ons dus nog steeds in de prachtige Marlborough Sounds en maken hier een laatste wandeling langs de Queen Charlotte Sound tot aan het uiterste punt “snout”. Het blijft ons verwonderen hoe mooi het hier is en hoe uitgestrekt dit gebied is. Rondom rond niets dan water en groene bergen en dat al dagen aan een stuk, je zou denken dat het eentonig wordt maar daarvoor is het te mooi. Een leuke verrassing was de zeehondenfamilie waar we op het einde van de wandeling op botsen. Op een hoge rots liggen een aantal van hen te zonnen terwijl een paar andere rondtollen in het water.

 

De rest van deze dag gebruiken we om ons papierwerk rond te krijgen, iets waar we anders nooit tijd voor lijken te hebben. We brengen onze aanvraag tot verlenging van tijdskrediet in orde en maken papieren op voor Visa na de fraude met onze kaart in Australië.