Verslag Mexico
Palenque: nadat we de Maya-afstammelingen gezien
hebben is het nu tijd voor een stukje Maya-geschiedenis met een bezoek aan de
ruïnes van Palenque.
Nadat we ons geïnstalleerd
hebben in een simpel hotelleke gaan we een hapje eten op de hoek van de straat.
We bestellen ons uiteraard een op en top Mexicaanse schotel, het eten hier
bevalt ons uitstekend. Je maakt je gerecht zo pikant als je het zelf wil, de
speciale sausjes staan altijd in kleine potjes op je tafel. Dave is verzot op
de tortilla’s die ze altijd en bij alles serveren, ik vind het vooral een
plezante manier van eten. Alles wat voor je neus staat prop je in zo’n kleine
pannenkoek en dat smaakt heerlijk.
In ons hotel zit een
klein, hevig hondje dat alweer direct aan onze broekspijpen hangt. Een lief
beest, maar van de eigenaar mag hij niet op straat komen. Dat heeft als heel
groot nadeel dat we kleine hondendrolletjes en “geel water” ontdekken aan het
kleine terrasje op onze verdieping, viezerik ! We bannen hem uiteraard uit onze
slaapkamer, maar van zodra hij ons ziet aankomen staat hij klaar om te spelen.
We zijn zonet Palenque
binnengekomen in de regen en hopen dat die trend zich morgen niet verder zet.
We hadden nog zo gehoopt om de koude uit San Cristóbal achter ons te laten en
beter weer op te zoeken, maar zo ziet het er voorlopig niet uit.
Ook wanneer we de volgende
ochtend wakker worden met onze wekker horen we de regen buiten nog kletteren.
Omdat we vrezen dat er in dit regenweer niet snel verandering zal komen maken
we ons toch maar klaar voor een uitstap naar de gekende Palenque ruïnes.
Deze ruïnes werden voor
het eerst bewoond rond 100 voor Christus en kende een glorieperiode in de 7de
eeuw na Christus onder het leidende oog van K’inich Hanab Pakal. In die periode
moeten er zo’n 8.000 mensen in de Mayastad geleefd hebben en het is ook in die
tijd dat de meeste pleinen en gebouwen werden neergezet. Echter in de 8ste
eeuw kwam Palenque in gevecht met een naburige rivaal en rond 900 werd de stad
verlaten. De imposante Mayastad zat gedurende eeuwen verborgen in de jungle tot
er in 1773 een Spaanse priester aan een zoektocht begon nadat hij geruchten
opving over een stenen paleis in de jungle. Anderen volgden hem en zo kwamen er
de eerste opgravingen.
Er staan al grote groepen
toeristen wanneer we aan de ingang van het park komen, maar waarschijnlijk
blijft door het aanhoudende regenweer de grootste drukte toch uit. We volgen
het pad naar de ingang en krijgen daar een eerste indrukwekkende uitzicht.
Prachtige, hoge, intacte ruïnes met daarachter de jungle ! We beklimmen de
trappen van de ruïnes en hebben een geweldig zicht over de omgeving en de
andere grote Mayaconstructies in de omgeving. We hadden ons voorgenomen om een
gids te nemen, maar in dit regenweer lopen we toch liever zelf wat rond en
houden we een uitleg door een expert voor een volgend bezoek. Zo nu en dan
proberen we wat af te luisteren van een tourgids en zo komen we toch nog iets
te weten.
We beklimmen de trappen
van de ruïnes waaronder die van het grote paleis en nemen ook een kijkje
binnenin. Hier en daar zijn er nog mooie details te bemerken van graveringen en
soms ook restanten van kleuren waaronder voornamelijk rood.
We volgen ook nog een
wandelpad waarvan we niet juist weten waarheen het loopt, komen voorbij de
tempel van de jaguar waar jammerlijk niet veel van rest, en klimmen daarna
verder omhoog door de jungle. Door de regen is het pad heel glad en modderig en
nadat we ons in het zweet hebben gestapt zo de hele tijd bergop en er nog
steeds niets in zicht is keren we toch maar terug. Kunnen ze aan de toegang van
het wandelpad niet even vermelden waar naartoe het leidt en wat er te zien is?
We bezoeken, nog steeds in
de regen want het houdt maar niet op, de andere groepen ruïnes. Zo komen we ook
langs het voetbalveld waar de Maya’s hun speciale voetbalspel speelden.
In de namiddag, na dit
knappe bezoek, lopen we wat rond in het stadje van Palenque. Veel vinden we er
niet aan, het is er niet echt gezellig. Er zijn een paar leuke restaurantjes en
een koffiebar met bittere koffie. We zetten ons op een overdekt terrasje en ik
probeer er mijn eerste Margarita die niet zo goed meevalt. Hij proeft nogal
zoutig en ligt eerder op mijn maag dan dat hij smakelijk door mijn keel vloeit.
Op onze volgende dag is
het nog steeds heel erg bewolkt, maar voorlopig stellen we het nog zonder
regen. Gisteren regelden we vervoer om de naburige watervallen te bezoeken. Één
onder hen, Agua Clara, kunnen we niet bezoeken doordat er momenteel moeilijkheden
zijn met Zapatisten aan de ingang van het park.
We beginnen met Misol-Ha,
een waterval die van 35m hoog in een pool van blauw water uitkomt. Het voordeel
van de vele regen de laatste uren, misschien wel dagen, is dat er veel water
naar beneden komt gestroomd. Deze Misol-Ha ligt in een mooie, groene omgeving
en het leuke eraan is dat je er achterdoor kan wandelen. Langs de zijkanten
zijn er nog verschillende kleinere watervalletjes waarvan één van hen het
wandelpad onder water zet. Zo wordt de toegang naar de grot onmogelijk omdat
deze onder water blijkt te staan.
Daarna volgt de bochtige
rit naar de blauwe waters van Agua Azul. In dit geval dan weer een nadeel van
het regenweer is dat het water eerder bruin kleurt dan felblauw blijft. We
hebben nog geluk want krijgen alleszins toch een mooie blauw-groene
waterspiegel te zien. Deze waterval is heel anders, ze stoomt in verschillende
stukken en verdiepingen naar beneden en komt telkens uit in wit-beige gekalkte
terrassen. Die lichte kleuren benadrukken de blauwe kleur van het water nog
eens zo hard en vormen een mooi contrast. We maken een wandeling langsheen de
baan die het water volgt en krijgen elke keer opnieuw mooie uitzichten. Ook
vandaag houden de wolken zich niet gedeisd en de miezerige regendruppels maken
ons uiteindelijk toch flink nat.
Na een goei uurtje hebben
we het hier wel gezien, maar het nadeel van georganiseerd transport is dat je
niet kan kiezen wanneer je wil vertrekken. We gaan een hapje eten en hangen nog
wat rond langs het water tot het tijd is om terug te keren naar Palenque.
Ondanks de regen is het vandaag een mooie dag geweest, al zat er geen
zwempartijtje in. In het minibusje op de terugweg val ik in slaap op Dave zijn
schoot met mijn kauwgom nog in mijn mond. Wanneer ik wakker wordt voel ik hoe
mijn kaak nat is en ik Dave zijn broek hebt onder gezeverd, oeps.
We bereiden ons voor op
een lange nacht want sinds lange tijd moeten we nog een keer slapen op de bus.
We waren niet van plan om nog nachtbussen te nemen, maar aangezien er overdag
geen bussen rijden in de richting van Chetumal zijn we wel verplicht.
Onze oorspronkelijke
bedoeling was om onderweg uit te stappen aan de ruïnes van Calakmul, maar geen
enkele bus houdt daar halt. Ze rijden allemaal rechtstreeks verder naar
Chetumal en in deze laatste weken van onze ontspannen reis hebben we geen zin
meer om alternatieven te gaan uitpuzzelen. Dat is het nadeel van openbaar
vervoer, je hebt bestemmingen niet altijd te kiezen.