Verslag Laos
Luang Prabang: dit
stadje staat sinds 1995 op de lijst van Unesco World Heritage. We vieren
Nieuwjaar in deze gezellige en alweer Frans getinte omgeving.
Een drie uur durende busrit bracht ons tot het
zuidelijke busstation van Luang Prabang. De weg hiernaartoe was de mooiste
totnogtoe in Laos. De ene bergpas volgde de andere op, we reden constant door
de bergen met een prachtig uitzicht over de groene toppen en de nog groenere
dalen. Keerzijde van de medaille is het constante stijgen en dalen en erger nog
zijn de bochten die elkaar veel te snel opvolgen.
Ik had me hierop voorbereid met een reispilletje, Dave
stapte van de bus met een licht misselijk gevoel.
Daar het vandaag al 29 december is verwachten we ons
er wel aan dat er al heel wat kamers verhuurd zullen zijn, maar wat ons te
wachten staat is veel erger dan dat ! De eerste guesthouse waar we een gokje
wagen blijkt nog een kamer vrij te hebben, maar 10$ is een prijs die we niet
graag betalen. De volgende blijken allemaal “full” te zijn en wanneer we er dan
nog eens één tegenkomen die een kamer vrij heeft blijken ze schandalige prijzen
te vragen van wel 15 tot 20$. We krijgen er al bijna spijt van dat we toch die
eerste kamer niet genomen hebben, maar intussen hebben we al zo’n stuk gestapt
dat we liever verder blijven zoeken.
Na meer dan een uur rondlopen en wel meer dan 20
guesthouses te hebben bezocht vinden we er eindelijk ééntje in een rustige
straat met nog net 1 vrije kamer. We zwieren die rugzak van onze rug en zijn
blij dat we maar 6$ per nacht hoeven neer te tellen.
Na al dat zoeken is het inmiddels al avond en tijd
voor iets lekkers in onze grommende magen. Wanneer we door de hoofdstraat lopen
zien we in een zijstraatje een kraampje opgesteld met allerlei gerechtjes
uitgestald en daarachter twee langen tafels met zitbanken. Voor amper 0,40
eurocent kan je hier een bord volscheppen met heerlijke groentjes, rijst,
noedels en fruit. Voor een kleine meerprijs leggen ze een stukje kip op de
barbecue of neem je er heerlijke spring rolls bij. Het smaakte ons hier zo goed
dat we hier in totaal 3 avonden kwamen aanschuiven aan het buffet, een echter
aanrader.
Op de eerste ochtend doen we een effort en staan om 6u
op om zo het bedelen van de monniken te kunnen zien. Via via hoorden we dat het
’s morgensvroeg een massabijeenkomst is van monniken die de straten doorlopen
en zo hun potten vullen met giften van de bevolking. Die bestaan voornamelijk
uit rijst, maar ook bananen worden geschonken.
Het is de eerste keer dat we dit zien maar we hebben
pech want in plaats van honderden zien we “slechts” tientallen monniken
passeren. Toch is het een indrukwekkend schouwspel en hebben we er geen spijt
van dat we hiervoor uit ons bed kwamen.
De rest van de dag brengen we door met wandelen door
dit Unesco beschermde stadje. Het is lang geleden dat we in zo’n gezellige
omgeving vertoefden. Langs de ene kant van de stad stroomt de Mekong rivier,
langs de andere kant de Nam Khan rivier en beiden komen samen in een punt die
de stad insluit. Langs de waterkant zijn er dan ook weer heel wat gezellige
restaurantjes te vinden.
Typerend voor deze stad zijn de Franse koloniale
gebouwen, de kleine steegjes met kleurrijke bloemen die via een trap naar het
water leiden en de historische tempels. Deze tempels bekijken we enkel van
buitenaf of van op het binnenplein. Vaak moet je enkel voor de hoofdtempel
betalen om hem binnenin te kunnen bekijken, maar wat ons betreft hebben we deze
de laatste weken genoeg gezien.
Luang Prabang ligt in de noordelijke provincie en dat
voelen we goed wanneer de zon ondergaat. Het koelt heel sterk af ’s avonds en
sinds lange tijd moeten we opnieuw onze t-shirts met lange mouwen bovenhalen.
Het is toch even wennen wanneer je je short en t-shirt moet inruilen voor iets
warmers.
Deze eerste avond sluiten we af met een partijtje
bowlen. Toen we over straat liepen werden we aangesproken door een tuk
tuk-chauffeur die met dit idee afkwam. We lieten ons naar de bowlingzaal voeren
en bleken de enige klanten te zijn. Alle aandacht was op ons gericht en we
kregen zelfs professioneel advies van één van de werkkrachten, het hielp ons
echter niet om strikes te gooien. Bij de start van ons tweede spel liep er nog
meer volk de zaal in, het was lachwekkend om te zien hoe de Aziaten opgaan in
dit spel en elkaar luidkeels aanmoedigen.
Op Oudjaar maken we een uitstap naar de waterval Tat
Kuang Si en het blijkt absoluut de moeite om daarvoor een uur in een jumbo
(grote tuk tuk) te zitten. De weg ernaar heen gaat door bergachtig landschap en
we rijden door kleine bergdorpjes met de inmiddels gekende zwaaiende kinderen
langs de straatkant.
We wandelen het domein binnen en na amper 10min staan
we al aan de eerste pool met helderblauw water, prachtig ! Zo zijn er hier 3
plaatsen waar je een duik kan nemen in het frisse water, wij laten het deze
keer aan ons voorbij gaan want vinden het toch net iets te koud.
We wandelen verder tot we aan de waterval komen en
staan ook hier weer versteld van de pracht van de natuur. Tussen de bomen door
stroomt het water naar beneden en komt uit in alweer een turkooiskleurige pool.
Hier zetten we ons even neer om van de omgeving te kunnen genieten en eten
terwijl onze appels op.
Langs een pad aan beide kanten van de waterval kan je
omhoog klimmen. Eens boven heb je een mooi zicht op de omgeving en zie je goed
de terrasvormige verdiepjes die gevormd werden.
Wanneer we van deze uitstap terugkomen is het tijd om
onder de douche te springen en ons klaar te maken voor een avondje feest. Dat
vieren we niet met twee want ook Steven en Stefanie zakten af naar Luang
Prabang om een laatste keer samen de bloemetjes buiten te kunnen zetten.
Op deze dag kozen we ervoor om wat uitgebreider te
tafelen en we vonden een restaurantje dat een Nieuwjaarsbuffet aanbood. We
zorgden ervoor dat we waar voor ons geld kregen en bleven uren zitten tateren
terwijl we elke keer opnieuw aanschoven aan het buffet dat oa. bestond uit
pompoensoep, warme en koude groentjes, bbq van kip, vis en varkenvlees, puree
en tot grote vreugde van onze mannen waren er ook stukken pizza.
Nog voor de klok twaalf uur sloeg zakten we af naar
een café waar blijkbaar de helft van de toeristen uit Luang Prabang samen zat.
Het werd een gezellige boel met niet al teveel drukte of kabaal. Tot 4u bleven
we aan het kampvuur zitten en besloten daarna dat het welletjes geweest was.
Tegen alle verwachting in waren we vrij vroeg wakker
en trakteerden ons ook op Nieuwjaardag, zoals we op Kerst gedaan hadden in
Vientiane, op een ontbijt in een bakkerij. De chocolade croissant smaakte
alweer heerlijk met een grote kop Laotiaanse koffie.
De laatste dag op deze plaats hielden we het rustig
omdat het feest van gisteren nog voor een suffig gevoel zorgde. We wandelden
nogmaals door de gezellige steegjes en klommen tot slot een keer de Phousiberg op.
Bovenop deze berg staat er een kleine tempel, maar wij deden het voor het
uitzicht over de stad. Hier zie je dat Luang Prabang omgeven is door hoge
bergen met heel wat palm-en bananenbomen. Bovenop zie je ook beide rivieren samenkomen
waarna ze verder stromen onder de naam Mekong.
Langs de andere kant van de berg staan een hele hoop
boeddha’s, 7 ervan staan dicht bij elkaar waarbij elk van hen een dag uit de
week voorstelt. Er is ook een kleine grot en twee afdrukken van boeddha’s voet,
bij de ene heb je wel wat verbeelding nodig om die afdruk te kunnen zien, de
andere is overduidelijk een voetafdruk maar dan wel 10 keer groter dan de
eerste.
We sluiten onze laatste avond af met een lekker bordje
groenten aan het eetkraampje achter de tempel.
Onze laatste dag in Vientiane zat erop, morgenvroeg
halen we ons paspoort met Vietnamees visum op bij de ambassade en reizen daarna
verder naar Vang Vieng.