Verslag Nicaragua
Los Chiles: na twee weken te vlucht te zijn geweest
voor het regenachtige weer keren we terug vanuit Nicaragua.
We nemen de grensovergang
die je enkel met de boot kan doen en komen via San Carlos in Nicaragua
binnengevaren in Los Chiles. Een hevige regenbui verwelkomt ons, maar die wordt
gelukkig snel afgelost door de zon. Het was een mooie tochtje over de Rio Frio
waarbij we het geluk hadden om al wat diertjes te zien onderweg.
Nadat we opnieuw onze
stempels gehaald hebben voor Costa Rica gaan we eerst een hapje eten. We zijn
al op sinds 4u15 deze ochtend en hebben de tijd nog niet gehad om iets
fatsoenlijk te knabbelen. Onze bedoeling is om vandaag nog door te reizen naar
het ecologische reservaat van Cano Negro en van daaruit morgen nog een
boottochtje te maken in de andere richting op de Rio Frio. Maar nadat we ons
informeren blijkt dat er op zondag geen bussen rijden in die richting waardoor
we de nacht in dit grensdorpje zullen moeten doorbrengen. Op zich geen probleem
want ongezellig is het hier zeker niet. Los Chiles is maar een klein dorp, maar
vrij gezellig en zeker niet druk zoals in vele andere grensdorpen.
We vinden een slaapplaats
dichtbij het busstation, de eerste bus naar Cano Negro vertrekt alweer om 5u ’s
morgens en dan kan je maar beter in de buurt logeren. De gedachte dat we alweer
op zo’n onmenselijk vroeg uur zullen moeten opstaan maakt ons niet bepaald
vrolijk. We zetten ons brein in werking en beslissen om hier in Los Chiles op
zoek te gaan naar een boot en kapitein. Vele tourorganisaties komen ook naar
deze plek voor een tocht over de Rio Frio, dus dat zal geen probleem mogen
vormen. Zo kunnen we dan van hieruit een tochtje maken en hoeven we de bus naar
Cano Negro niet meer te nemen en kunnen we op ons gemak na het boottochtje nog
vertrekken.
Hoewel er aan de receptie
van het hotel uithangt dat ze tours aanbieden blijkt dat niet zo te zijn. We
wandelen dan maar in de richting van het haventje om een kijkje te nemen en
horen van ver het lawaai van brulapen. Aangekomen aan de rivier zien we ze in
de bomen zitten, want kunnen die beesten een lawaai maken. Ze communiceren met
een andere groep brulapen aan de overkant van de rivier en wat verder langs het
water zit er nog een kolonie.
Terwijl we daar wat
rondhangen worden we aangesproken door een man die een boot heeft en ons de
volgende dag wil meenemen voor een tochtje over de rivier. We onderhandelen met
hem over de prijs en maken een deal. Een privétochtje met een klein bootje
enkel voor ons getwee, dat zien we wel zitten. Al zou hij graag nu al de helft
van het geld zien, dat risico nemen we niet. Stel dat hij er morgenochtend niet
staat, dan zijn we ons geld kwijt. Dus zetten we de afgesproken prijs op papier
en spreken de volgende ochtend af om 7u.
Bij de bakker halen we
verse broodjes als ontbijt en wandelen daarna richting de pier. De man van
gisteren komt op ons toegestapt en stelt ons voor aan de schipper, hijzelf kan
niet met ons mee. Om iets na 7u zitten we in het kleine bootje en de
schipper/gids begint al direct te vertellen over de omgeving en de dieren. Dat
valt goed mee, het was natuurlijk een beetje een gok die we waagden door zomaar
met iemand af te spreken, maar deze kerel blijkt wel te weten wat hij doet.
We zijn nog geen 10
minuten onderweg of de gids toont ons verstopt achter de groene bladeren van
een boom een baby luiaard. Het diertje zit goed verstopt en is zelfs na het
rumoer van de naderende boot en het geschud met de takken om zijn aandacht te
trekken nog te lui om zijn hoofd op te heffen. Het is de eerste keer dat we een
luiaard zien en al zit hij amper op twee meter afstand, de bladeren verstoppen
hem waardoor we hem niet heel duidelijk kunnen zien.
Op dit ochtendlijke uur is
het nog pure rust op de rivier. De tourgroepen moeten van ver weg komen
waardoor ze pas veel later op de ochtend aankomen. We hebben de rivier en de
prachtige omgeving voor ons met twee en genieten er ten volle van.
In de bomen langs de
rivier zien we verschillende keren slingerende brulapen. Telkens wanneer we hen
benaderen willen ze het geluid van de motor overstemmen en beginnen een hevig
brulconcert. Daarnaast zien we ook nog een kleine kaaiman die zich onder het
wateroppervlak verstopt, maar we zien hem nog heel duidelijk liggen wanneer we
met de boot tot vlak boven hem varen. Aan de andere oever zit zijn grote
broertje, ook deze kaaiman blijft rustig in het zonnetje liggen wanneer we
dichter komen.
Het is toch een groot
voordeel om met zo’n kleine boot de tocht te maken. De kapitein brengt ons
steeds tot dichtbij de dieren waardoor we hen heel duidelijk kunnen zien en
foto’s kunnen maken.
Zo komen we ook tot
vlakbij de Jesus Christ lizard, een felgroene hagedis die zo genoemd wordt
doordat hij een drietal meter over het water kan lopen. Dave wijst naar iets
bruinachtig tussen de groene bladeren van een boom en dat blijkt een enorme
leguaan te zijn. Ook hij heeft zich goed verstopt, maar met de verrekijker
kunnen we toch een goed beeld krijgen. Het is niet gemakkelijk om al die dieren
te spotten, ze zitten natuurlijk niet op het voorste takje van een boom te
wachten tot je voorbij komt en foto’s van hen kan maken. Dankzij de gids zien
we toch wel wat beestjes en ook van de vele vogels weet hij wel het één en
ander te vertellen.
We varen een groot stuk
van de Rio Frio af en komen zo tot de Lagune van Cano Negro. In maart-april
staat dit gebied volledig droog en komen er vele dieren eten van de vruchtbare
bodem. Door de vele regen die er de laatste weken gevallen is staat het water
veel hoger dan normaal en zijn alle dieren naar de verdere omgeving getrokken.
Op de terugweg stopt de
kapitein langs een grote boom met kale takken, alsof hij naar iets op zoek is.
Dan vaart hij ons tot onder de boom en wijst naar de vleermuizen onder de
boomstronk. Zelfs met onze neuzen tot bijna op de diertjes zien we hen nog
niet, zo klein zijn ze. Dan merken we kleine driehoekjes op die onder de tak
hangen, wat een minivleermuisjes. Ik hang zo dichtbij hen om foto’s te kunnen
maken dat ik hen waarschijnlijk doe schrikken of gewoon irriteer en ik schrik
verschrikkelijk wanneer ze plots om mijn oren wegvliegen.
Nog een stukje verder
merkt Dave opnieuw een groep apen op die wild door de bomen slingeren. Deze
keer zijn het geen brulapen maar spidermonkeys. In tegenstelling tot andere
apen die voorzichtig van tak naar tak springen en telkens hun staart als
houvast gebruiken nemen deze dieren een aanloop en maken een geweldig sprong.
Het is knap om hen bezig te zien en bijna spannend wanneer je hen hun sprong
ziet nemen.
Ons drie uur durende
tochtje zit erop en we hebben ervan genoten. Wanneer we terug Los Chiles
binnenvaren vertrekken net alle grotere boten van de tourorganisaties die
intussen zijn toegekomen. Wat zijn we blij dat we daar niet bijhoren, ik ben er
zeker van dat wij meer waar voor ons geld kregen op deze manier en veel
dichterbij de dieren konden komen.
Omdat er aan het
busstation geen loketten zijn en er ook nergens een uurregeling uithangt gaan
we te raad bij het oude vrouwtje dat er snoepjes verkoopt. Zij vertelde ons
gisteren ook dat we niet meer naar Cano Negro konden geraken en aangezien zij
hier altijd zit te verkopen is zij hier de grootste bron aan informatie. We
moeten nog anderhalf uurtje wachten en kunnen dan op een bus springen richting
Ciudad Quesada (San Carlos).