Verslag Colombia

 

Parque Nacional Tayrona: we overnachten 2 keer in de prachtige omgeving van dit park. In een hangmat slapen we boven de Caribische zee met de jungle achter ons.

 

Het park van Tayrona is de ideale plek om tot rust te komen, weg van de grote massa. Vanuit Santa Marta nemen we de lokale bus die ons afzet voor de ingang van het park. Nog voor we onze toegangstickets kunnen kopen worden we gecontroleerd door de politie. Onze rugzakken worden letterlijk binnenstebuiten gegooid, alles moet eruit en zelfs het kleinste rommeltje moet gecheckt worden. De lakenzakken moeten uit hun hoes, alle kleren en reserve-ondergoed worden nagekeken, het fototoestel moet uit het zakje, ze snollen echt overal. Het Peruaanse koppel dat net voor ons het park binnenging werd amper gecontroleerd.

 

Nadat we onze tickets betaalden nemen we de jeep die ons verder het park inrijdt. We zullen sowieso al een flink stuk moeten stappen voor we aan onze slaapplaats geraken, dus willen we dit eerste stukje graag op 4 wielen overbruggen.

Tayrona is één van de meest populaire nationale parken in Colombia. Het is gelegen langs de Caribische zee en heeft heel wat verschillende, kleine zandstranden die gesierd worden door schuingroeiende palmbomen. Maar dat is niet het enige wat dit park zo bijzonder maakt, van zodra je het strand verlaat sta je middenin de jungle. Op deze plek komt het Sierra Nevada de Santa Marta gebergte immers uit in zee wat voor prachtige landschappen zorgt.

 

Na 10 minuutjes met de jeep komen we aan het startpunt van onze wandeling. We wandelen nu van Canaveral Beach naar Arrecifes (ongeveer een uur) en dit eerste stuk wandelen we de hele tijd door de jungle. We horen vele geluiden van dieren, maar krijgen niet veel te zien. Het wandelpad is modderig en volledig kapot gelopen door alle paarden en ezels die dezelfde weg doen om boodschappen te dragen of toeristen mee te nemen die liever niet wandelen.

Één van de eerste knappe diertjes die we te zien krijgen is een hagedis met felblauwe en felgroene kleuren, van hele kleine dunnetjes tot vele grotere jongens. Daarnaast zagen we duizenden werkende mieren die in enorm lange rijen over het wandelpad liepen en afgeknabbelde blaadjes droegen.

 

Het tweede stuk van de wandeling brengt ons langs de stranden van Arrecifes en verder afwisselend door de jungle en langs andere stranden tot onze slaapplaats in Cabo San Juan del Guia. Hierover wandelen we ongeveer 40 minuten en moeten we regelmatig over grote rotsblokken klimmen en dan weer met onze voeten door het zeewater.

Onze monden vallen bijna open wanneer we Cabo San Juan bereiken, wat een wonderlijk plekje in een paradijselijke omgeving. Twee kleine zandstranden langs een rij van palmbomen, de jungle er vlak achter en witte, grote golven in de prachtige groen-blauwe Caribische zee. We kiezen ervoor om te overnachten in een hangmat en dat in een simpele, houten hut op een klein eilandje in zee. Het uitzicht van hierboven is adembenemend, wanneer we ’s morgens wakker worden zullen we de zon kunnen zien opkomen boven zee en dat gewoon vanuit onze luie hangmat. Het is puur genieten in het zonnetje op het grote balkon met de klotsende golven onder ons. Dit is de ideale plek om niets te doen, enkel je ogen de kost geven.

 

Onze eerste nacht verloopt letterlijk een beetje woelig. Iets over middernacht lijkt het ineens storm op zee, begint het heel hard te waaien waardoor onze hangmatten heen en weer wiegen en vliegt het zand in onze gezichten. Het wordt bovendien vrij fris, dus dekken we ons extra onder met onze sarongs. Al bij al hebben we redelijk goed geslapen, het meisje naast Dave misschien iets minder. In het midden van de nacht werden we wakker door een bonk, bleek dat de ene kant van haar hangmat gelost was waardoor ze met haar kont op de grond terecht kwam.

 

Op onze tweede dag wandelen we naar Pueblito dat gelegen is op 200m hoogte, om daar te geraken moeten we door de jungle omhoog. Dit gebied werd 20.000 jaar geleden bewoond door de Tayrona-indianen en uit die periode zijn er overblijfselen gevonden waaronder Chairama, een dorp dat nu Pueblito genoemd wordt. Ooit woonden hier 4.000 mensen in 500 huizen die gebouw werden op 250 terrassen. Op dit moment woont er één Indiaanse familie die de site beschermt.

De wandeling er naartoe start door een bananenplantage, laat ons daarna door een riviertje ploeteren waarna de weg stevig begint te hellen en we over grote rotsen moeten klimmen. Gelukkig zijn deze grote, ronde rotsblokken niet glad en geraken we veilig hoger en hoger. Hier en daar werden trapjes gemaakt uit dunne boomstammetjes en moeten we circuskunsten bovenhalen om erover te wandelen.

Eens boven aan Pueblito zien we de restanten van wat ooit een Indianennederzetting geweest is. Er zijn slechts een paar terrassen die al zijn blootgelegd en deze zijn omringd door stenen. Een groot gedeelte van deze beschaving ligt nog begraven in de jungle.

We zetten ons even neer om iets te drinken en een koekje te eten en een paar minuten later komt er een ezel op ons toegestapt. Hij wandelt in Dave zijn richting en komt blijkbaar af op het geritsel van het papier van zijn snoepjes. Wat een grappig zicht, een bedelende ezel die weet wat dit geritsel betekent, hij komt zo dicht dat hij zijn poot op Dave zijn voet zet en bijna zijn neus in Dave’s gezicht duwt.

Over de afdaling doen we even langs als over de beklimming daarstraks, 55 min zijn we opnieuw onderweg. Net voor we terug het kamp bereiken zien we een kleine miereneter in een boom kruipen.

 

In de namiddag leggen we ons voor de eerste keer op het strand. Gisteren lag het hier nog bomvol mensen, velen bleken Colombianen te zijn die hier hun weekend doorbrachten. Vandaag, maandag, is het een pak rustiger en delen we het smalle strand maar met een paar andere mensen. Het water is zalig verfrissend en proper en we genieten ervan om sinds lang nog een keer aan het strand te liggen. Achter ons ligt een Colombiaans koppel dat Dave zijn aandacht trekt wanneer ze een flesje Ron de Medellin bovenhalen. Zijn oogjes beginnen al helemaal te schitteren wanneer ze hem iets later en borreltje aanbieden. Maar daar blijft het niet bij, we geraken met hen aan de babbel en het ene borreltje volgt het andere op. Zo vliegen de middaguren alweer voorbij en voor we het beseffen begint de zon al te zakken en moeten we in het donker nog naar de koude douches. Wat zijn de Colombianen, of toch veel onder hen, aangename mensen. Ze doen niet liever dan babbelen en om heel eerlijk te zijn praat ik vaak liever met hen dat met andere toeristen.

 

Heel snel breekt zo onze tweede nacht in de hangmat alweer aan. Dave wilde graag wisselen naar de hangmatten die vanmiddag vrijkwamen omdat we daar meer plaats hebben voor onszelf en niet te dicht tegen een buur hangen. Het is natuurlijk niet plezant dat wanneer je je op je zij draait je per ongeluk je buur doet wiegen omdat hij zo dicht hangt. Na het nodige geknoop en gedraai denkt hij alles voor mekaar te hebben, maar wanneer hij iets later in de hangmat komt liggen vallen we een paar seconden later alle twee tegen de grond.

 

Op onze laatste ochtend, net nadat we wakker werden, is het eerste wat we zien: een naakte man op het strand. Die geeft zich wel heel graag bloot, hoewel het naaktstrand een beetje verder gelegen is beleeft hij er blijkbaar meer plezier aan om hier een vrije duik te nemen. En dat net wanneer wij foto’s nemen van de mooie omgeving, hij staat dan ook in volle glorie op onze camera.

Voor we de terugweg inzetten leggen we ons nog voor een paar uurtjes op het strand en genieten ten volle van dit prachtig stukje natuur. We hebben er ten volle van genoten, maar voor ons wordt het stilaan tijd om terug te keren aangezien onze laatste dagen in het land eraan staan te komen.

Terwijl we terugwandelen naar de plaats waar de jeep ons naar de uitgang van het park zal rijden hoort Dave een geluid in de bomen. Wanneer we omhoog kijken zien we kleine aapjes met witte kopjes, het zijn de Saguinus oedipus. Dit is een bedreigde diersoort en deze aapjes leven enkel en alleen nog in Colombia. Van zodra ze in dit land uitgestorven zijn, verdwijnen ze van de planeet.

 

Om af te ronden geef ik nog een paar prijzen mee voor eten en drank in het park. Die zijn, in vergelijking met wat je betaalt om te slapen, heel democratisch en maakt het niet waard om met je eigen voorraad te zeulen:

·         Continentaal ontbijt: 4.000 peso

·         Amerikaans ontbijt: 7.000 peso

·         Ensalada con pollo: 10.000 peso

·         Spaghetti napolitana: 6.000 peso

·         Spaghetti bolognaise: 10.000 peso

·         Pollo a la plancha: 14.000 peso

·         Arroz con camarones: 18.000 peso

·         Pescado: 18 - 20- 22.000 peso

·         Flesje cola 600ml: 3.000 peso

·         Blikje frisdrank (Postobon, Colombiana): 2.500 peso

·         Blikje bier: 3.000 peso

 

Het is uiteraard geen hoogstaande keuken, maar wat kan je verwachten in het midden van de jungle??? Het eten in gewoon, simpel en goed. Daarnaast is er ook een klein winkeltje waar je nog wat kleinigheidjes kan kopen.