Verslag Colombia

 

San Agustin: een dorpje in een prachtige groene omgeving waar vroeger een mysterieuze groep van mensen hun doden begroeven en hen eerden door er indrukwekkende beelden naast te plaatsen.

 

Een rit van bijna 6uur brengt ons vanuit Popayán door een prachtige, groene omgeving naar San Agustin. Het is een constant gehobbel en gebobbel waarbij de twee mannen voor ons in de bus meermaals hun maaginhoud naar buiten werken, geen enkel stukje is geasfalteerd en het wordt best een vermoeiende rit. Het landschap daarentegen is wel heel mooi: diepe, groene valleien met veel koffieplantages tegen de bergflanken, bananenbomen en hier en daar zelfs een palm. Het gebied waar we nu doorrijden werd vroeger sterk gecontroleerd door de guerrilla’s, geen kat kon hier passeren zonder aan hen toestemming te vragen om de regio te mogen binnen komen.

 

Het dorp van San Agustin valt groter uit dan we gedacht hadden en is eigenlijk niet eens ongezellig. Veel valt er uiteraard niet te beleven, hoewel er veel cafés en restaurantjes zijn. Onze hostel is wat hoger gelegen in een steiler straatje en dat maakt dat we een mooi zicht hebben over de groene bergen die het dorpje omgeven.

 

De ochtend dat we op uitstap te paard vertrekken maakt de hostelbaas voor ons een ontbijt klaar. Nu we in Colombia zijn moeten we wennen aan de steeds terugkerende bananen bij zowel ontbijt, lunch als diner. Hier gebruiken ze altijd de bakbananen en die krijg je bij eender welk gerecht. Terwijl we ontbijten maken we een praatje met de hosteleigenaar en hij vertelt ons hoe dit gebied en dus ook het dorp San Agustin tot 5 jaar geleden nog volledig in handen van de FARC was. Mensen leefden constant in angst met hen samen en door die vrees ontstond er zowat een automatische avondklok waarbij niemand na 20u nog een voet op straat zette. Sinds de huidige president, Alvaro Uribe, aan de macht is sinds 2002 is het land er quà veiligheid een pak op vooruit gegaan. Hij zorgde voor massale politiecontroles waarbij de guerrilla meer en meer verdreven werden richting het Amazonegebied. Deze dagen zitten de mannen van de FARC zowat verspreid rond de grensgebieden tussen Colombia, Venezuela, Bolivië en Ecuador. Een rechtstreekse dreiging voor het volk en rondreizende toeristen is er dus niet meer en vele Colombianen zijn hun president heel dankbaar doordat hij hun leven toch aanzienlijk veiliger gemaakt heeft.

 

Na deze boeiende conversatie krijgen we van diezelfde hostelbaas het voorstel om een cocaïnelab te bezoeken. Een beetje buiten het dorp zijn er twee huisjes die volledig ingericht zijn als lab en waar je als toerist zelf het proces van cocablaadjes tot het maken van pure cocaïne kan doorlopen. Na afloop van de rondleiding en productie krijg je dan als aandenken een halve gram cocaïne cadeau en ook wat marihuana. Langs de ene kant lijkt het ons wel interessant om dat eens gezien te hebben, maar we komen er al snel achter dat het een gewone toeristenbedoening is. Het is geen echt cocaïnelab, maar wordt geopend volgens de vraag van de toerist. Bovendien is dit uitstapje niet heel goedkoop en krijg je dus niets van de echte drugswereld te zien. Dat zou dan langs de andere kant ook ethisch niet echt verantwoord zijn want zo zou je die industrie alleen maar steunen. We bedankten el jefe voor het voorstel, maar houden het bij een bezoek aan de graftombes.

 

Niet veel later kruipen we op onze paarden en in het gezelschap van de gids Juan Abey beginnen we aan onze trip van vandaag op verkenning van de mysterieuze graftombes en de indrukwekkende beelden die daarbij horen. Van zodra we de dieren aansporen om te vertrekken schieten ze in een loopje de eerste steile straat omhoog. Dat had me in Mongolië niet moeten gebeuren, toen had ik nog een heilige schrik van paarden en durfde ik er amper opstappen. Maar zoals bij vrijwel alles tijdens deze reis heb ik ook op dit vlak bijgeleerd en ben ik intussen al wat dapperder geworden :-)

Op de site die El Tablon genoemd wordt zien we de eerste vijf beelden die gevonden werden aan de mysterieuze graven. Onze gids vertelt ons wat we zien in elke figuur en hoe deze de belangrijkheid van de overledene benadrukte. La Chaquira is prachtig geleden bovenaan de groene vallei waardoor de Rio Magdalena stroomt, de langste rivier van het land. Het uitzicht hier is werkelijk adembenemend mooi en zeker zo indrukwekkend als de inkervingen in de rotsblokken die hier te zien zijn. Het voordeel van een bezoek met een gids is dat je ook weet waar je naar staat te kijken terwijl je anders wel figuren ziet maar je amper kan voorstellen wat het symboliseert.

 

We zetten onze weg te paard verder en wanneer de dieren een steil stuk bergaf moeten stappen vertrouwen we het beide toch niet zo goed. Wat als dat beestje uitschuift en we gaan tegen de grond… Gelukkig gebeurt dat niet, maar het leek alsof de paarden het toch soms moeilijk hadden om nog eens met zo’n gewicht op hun rug naar beneden te gaan over een pad met losliggende keien en omhoogstekende rotsblokken.

We galopperen verder door het prachtige stukje natuur, de omgeving van San Agustin is fantastisch. Het hele landschap is groen, waar je ook kijkt, hoe hoog in de bergen of hoe diep in de dalen. Dave moest intussen van paard wisselen met de gids en hij loopt op kop. Maar diegene waar ik opzit wil blijkbaar een stapje rapper maar bij elke poging om Dave in te halen krijgen we een hele vieze blik van zijn paard en laat die soms zelfs zijn tanden zien. Ik heb het er niet mee en besluit wijselijk om mijn paard achterop te houden.

De laatste sites die we bezoeken per paard zijn die van La Pelota en El Purutal. Hier bevinden zich de enige gekleurde beelden en die zijn best indrukwekkend. De knap uitgehouwen wachters staan imposant voor de graven en bewaken zo de overledenen. Onze trip eindigt wanneer we met de paarden toekomen aan de ingang van het Parque Arqueologico, dit zullen we zelf te voet verder verkennen. Het was een mooie trip en we zijn blij dat we voor de paarden gekozen hebben omdat het te zwaar zou geweest zijn om te voet te doen en omdat we van op de ruggen van deze mooie beesten toch een knap zicht kregen over de omgeving en volop konden genieten.

 

De komende paar uren brengen we door in het Parque Arqueologico waar we niets anders zien dan deze morgen. Uiteraard zijn telkens de graven en de beelden anders, de ene al wat indrukwekkender dan de andere, afhankelijk van de belangrijkheid van de overledene. We botsen hier op een groep zingende schoolmeisjes waarvan er eentje vraagt of ze met ons op de foto mag, dat was intussen lang geleden dat we die vraag nog kregen. Het is, buiten hun luide gezang dan, heel rustig om in het park rond te wandelen. De graven zijn verspreid over een grote oppervlakte waarbij je door een alweer hele groene omgeving wandelt. We bezoeken op ons gemakje alles wat er te zien is in dit deel van het park en wandelen daarna kort door het museum. Hier is niet veel meer te zien dan nog een hoop beelden en de gebruikelijke kapotte potten en stenen. We kunnen ons er niet meer toe brengen om ook nog te gaan kijken in El Bosque de las Estatuas waar nog een keer 45 beelden tentoongesteld worden, we hebben het gehad voor vandaag.

 

Omdat het maar 3km terug is tot het dorpje van San Agustin besluiten we te wandelen. Dat is een beetje een gok in deze regio, want sinds we Colombia binnen gekomen zijn hebben we al elke dag regen gehad. Dat zijn meestal korte buien, maar af en toe met dikke druppels.

Terug in het centrum gaan we een klein hapje eten en ik bestel een verse fruitsla. Daar krijg ik een bol ijs bovenop en tot mijn grote verbazing ook geraspte kaas. Wat een vreemde combinatie, maar gelukkig smaakte het toch vrij goed al zou ik het op die manier niet opnieuw bestellen. Naast gebakken bananen eten de Colombianen dus ook veel kaas en voor hen past dat bij eender welk gerecht.

 

Op onze tweede dag verkennen we nog meer graftombes en bijhorende beelden in de wijdere omgeving van San Agustin per jeep. Hoewel we het min of meer verwacht hadden krijgen we niet veel meer te zien dan gisteren. Maar naast deze bijzondere cultuur krijgen we vandaag ook een beetje natuur. Zo bezoeken we de Rio Magdalena en haar nauwste stuk van amper 2m breed en gaan we een kijkje nemen bij twee verschillende watervallen in de intussen gekende groene, bosrijke omgeving met niets dan koffie- en suikerrietplantages.

 

Iets na de middag krijgen we een niet al te prettig bericht van onze chauffeur. Wanneer we hem antwoorden op de vraag waar we logeren vertelt hij ons dat de hosteleigenaar de reputatie heeft van een dief te zijn, al vaker zou hij zijn gasten bestolen hebben. Bovendien zou hij ooit een keer opgepakt zijn aan de grens met Ecuador toen hij 2kg cocaïne probeerde te smokkelen. Zo gaat hij nog een tijdje door met feiten geven en uiteraard worden wij heel ongerust. Aangezien we deze avond vertrekken vanuit San Agustin hebben we al uitgecheckt en staat vrijwel al onze bagage in zijn woonruimte.

De laatste bezoeken die we deze namiddag afleggen gaan grotendeels aan ons voorbij aangezien we met onze gedachten bij onze bagage zitten. Eens we terug in het dorp komen haasten we ons naar zijn woonruimte waar we onze rugzakken ophalen en controleren. Tot onze grote opluchting is er niets verdwenen en stellen we ons ook de vraag of we de verhalen van de chauffeur mogen geloven. Dat is natuurlijk moeilijk in te schatten want de hostelbaas is een hele sympathieke kerel, al heeft hij misschien toch een beetje een gangsterkop, en kan je nooit zomaar vertrouwen op één iemand zijn verhaal. Al moet ik zeggen dat er nog een andere toerist was in de jeep die ons het dievenverhaal bevestigde, al weten we niet waar hij dat vernomen had.

 

Zo sluiten we ons bezoek aan de mooie omgeving van San Agustin toch positief af en begeven we ons na een verfrissende douche naar onze eerste nachtbus in Colombia. We kozen voor de iets duurdere cama of slaapbus waarvan de zetels vrij plat kunnen. Maar hoewel de zetels heel comfortabel zijn slapen we niet al te best doordat de airconditioning zo hoog staat en we zelfs met onze fleece en nog een apart dekentje kou lijden.