Verslag Cambodja

 

Battambang: de boottocht van Siem Reap naar Battambang wordt niet voor niets de mooiste uit heel Cambodja genoemd.

 

Ook al is de bus een pak goedkoper en sneller, wij kiezen ervoor om de boottocht te maken en hebben er absoluut geen spijt van dat we er 7u over deden om in Battambang te geraken.

We verlaten Siem Reap en varen langs de drijvende dorpen en paalwoningen. Deze mensen leven echt op het water en het is geweldig om hen in hun dagdagelijkse bezigheden te zien, dat is voornamelijk vissen. We zien hoge bamboeconstructies en verspreid over het wateroppervlak bevinden zich visnetten die onze schipper moeten ontwijken.

 

Jong en oud bevindt zich op het water in gammele, houten bootjes. Kleine kinderen van amper 5 à 6 jaar oud roeien de rivier over alsof het niets is, de allerkleinsten proberen hetzelfde te doen in een plastieken wastobbe.

 

De eerste uren van de boottocht varen we over het Tonlé Sap meer wat prachtige vergezichten oplevert. Overal water en waterplanten, op sommige stukken lijkt het wel alsof we door de jungle varen omdat er zoveel waterplanten en struiken zijn. Deze golven op en neer wanneer onze boot passeert en verstrengelen zich rond de schroef.

We varen voorbij een gebied waar veel vogels zitten en zien aalscholvers, reigers en veel witte vogels met een bruine buik waarvan we de naam niet kennen, we zien ook twee pelikanen.

We passeren heel wat drijvende dorpen en telkens staan de kinderen uitbundig te zwaaien.

 

Hoe verder we vorderen, hoe moeilijker het varen wordt. We komen door dichtbegroeid gebied waarbij de takken van de stuiken zowel langs links als rechts tegen de boot slaan. Dave zit langs de kant en moet meermaals wegduiken om zweepslagen te voorkomen, ook anderen spelen op veilig en gaan in het gangpad staan.

Daarbovenop moeten we meermaals kleine vissersbootjes passeren op dit stuk dat zelfs voor onze boot amper breed genoeg is. Voor de houten roeibootjes is dat geen lachertje, de mensen proberen zich vast te houden aan de takken van de struiken terwijl de golven onder hun bootjes slaan. Een man kan zijn evenwicht niet bewaren en valt in het water door de hoge golven die onder zijn bootje slaan. Gelukkig was hij het maar, 2 bootjes naast hem zat een vrouw met haar baby in de armen…

 

Het waren 7 prachtige uren, we genoten van het mooie uitzicht maar vooral hoe deze mensen leven op het water is opmerkelijk.

 

Het is al namiddag wanneer we ons in onze hotelkamer installeren en houden het vandaag bij een wandeling doorheen de stad. Deze stelt niet veel voor, maar hoewel er niet veel te beleven valt voelen we ons hier toch goed op ons gemak. De Cambodjanen maken een goeie indruk op ons, de mensen zijn altijd vriendelijk en staan vaak te zwaaien wanneer ze een blanke zien passeren.

Wanneer we zitten te genieten van een verse fruitshake merken we de vele bedelaars op, dit zijn voornamelijk kleine kinderen en zo nu en dan ook een moeder met haar baby of een oude vrouw. Deze mensen hebben werkelijk niets, dat wordt ons al snel duidelijk. Ze bedelen wel, maar zijn niet te opdringerig zoals we voorheen al meemaakten. Ons hart breekt bij het zien van al deze mooie, kleine kinderen en geven een aantal keer iets om te eten, onze overschotjes eigenlijk, of een blikje frisdrank dat we nog niet helemaal hadden leeggedronken.

Het is natuurlijk niet mogelijk om hen allemaal te plezieren, maar het doet ons toch deugd wanneer we de kinderen blij zien weglopen nadat ze ons hartelijk bedankten voor wat ze kregen.

 

Onze tweede en meteen ook laatste dag in Battambang regelen we een toer met de brommer. Op deze plaats is dat het beste en snelste vervoermiddel aangezien het onze bedoeling is om het platteland te verkennen en we dus bijna constant op hobbelige zandwegen zullen rondrijden. Het is hier de gewoonte om met minstens 3 mensen op één brommer te rijden, maar om toch een beetje comfortabel te zitten regelen we voor ieders een brommer. Helmen zijn hier blijkbaar niet nodig, gelukkig bleken we met goeie chauffeurs onderweg te zijn.

 

We rijden doorheen de prachtige Cambodjaanse landschappen van eindeloze rijstvelden, palmbomen, meertjes volgroeid met roze lotusbloemen, sappige graslanden met grazende koeien met de warmte van de zon op onze rug. Hoewel het hier momenteel het koude seizoen is lopen wij aardig te zweten. ’s Nachts kan het afkoelen tot 15° terwijl overdag nog temperaturen gehaald worden van 35°, wat ons betreft warm genoeg maar aan de mensen van hier te zien is het inderdaad winter. Zij dragen t-shirts met lange mouwen, jassen en soms zelfs sjaals.

Mensen op het platteland wonen in paalwoningen, vrijwel altijd gemaakt van bamboe. Heel erg primitief, maar meermaals zien we tv’s staan in de kamers.

Kinderen fietsen voorbij op veel te grote fietsen met vaak nog kleinere broertjes of zusjes achterop. Mannen en vrouwen werken op de velden of liggen in een hangmat de tijd te doden. Het leven ziet er hier heel vredig uit, het is ongelofelijk hoe primitief het hier nog is.

 

Onze eerste stop is Wat Phnom Sampeau die bovenop een berg ligt, om hier te geraken moeten we eerst heel wat trappen beklimmen. Dit is een van de killingfields van de Rode Khmer, mensen werden opgehangen en daarna werden hun lichamen in grotten gegooid. 2 van deze grotten kan je bezoeken, de schedels en beenderen werden opgeruimd en opgeborgen in een tempel of achter tralies. Het doet je wel iets om hier rond te lopen, zeker wanneer je nagaat dat dit alles nog niet zo heel lang geleden gebeurde.

 

We vervolgen onze weg over de hobbelige en stoffige zandwegen naar Wat Banan waar ons alweer een fameuze klim staat te wachten. Een paar honderden trappen leiden ons naar deze tempel die wel eens de kleine versie van Angkor Wat genoemd wordt. We zien inderdaad de gelijkenis, maar hij kan toch niet tippen aan de pracht van de echte Angkor Wat. Bovenop deze berg hebben we een mooi uitzicht over de eindeloze groene vlaktes.

 

Het einde van de trip komt in zicht, we rijden langs een boom waarin honderden fruitvleermuizen hangen. Daarna komen we aan wat voor ons het hoogtepunt van de dag moet worden, de bamboetrein. Dit is een lokale trein die gebouwd is uit hout en aangedreven wordt door een elektrische motor. Eigenlijk is het niet veel meer dan een houten platform dat op de rails wordt gelegd en waarop de motor geplaatst wordt. Daarop zetten ze beide brommers en wijzelf nemen plaats op een rieten mat. Ik stelde me een rustig ritje voor doorheen het groene landschap, maar in plaats daarvan raasden we over de rails die niet eens perfect aan elkaar gemaakt zijn waardoor je constant een harde knik voelt wanneer we van de ene rail over de volgende scheuren. Wat een ervaring !! Geweldig hoe zo’n simpel, houten platform zo’n snelheden kan halen.

 

Hierna zit onze dag op het platteland van Battambang erop, het was absoluut de moeite en ideaal om per brommer te verkennen.

We keren terug naar ons hotel, na deze stoffige tocht kunnen we een douche goed gebruiken. Onze kleren zien oranje en mijn haar staat bijna stijf van het stof.

 

Daarna trekken we voor een laatste keer de stad in, morgen moeten we vroeg op want dan nemen we de bus naar Phnom Penh.