Verslag Bolivië

 

Sucre: wat een zaligheid om terug in de beschaving te komen, we genieten opnieuw op en top van het pure toeristenleven.

 

Onze activiteiten in deze gezellige stad houden we heel beperkt: eten, drinken, mensen kijken, een beetje wandelen en vooral genieten. We vinden een mooie, grote kamer voor ons gevieren in een hotel tegenover de centrale markt. Deze morgen kwamen we nog voor zonsopgang toe in Sucre en met een slaapkop wisten we niet goed wat er gebeurde toen de bus zijn motor stillegde in een gewone straat en daar bleef staan terwijl zowat iedereen gewoon op de bus bleef zitten wachten. Hoe lichter het buiten werd, des te meer mensen uitstapten. Bleek dat iedereen gewoon zat te wachten op de opkomende zon alvorens zijn weg verder te zetten en dat deden wij uiteindelijk ook. Bij het eerste zonlicht wandelden we de stad in op zoek naar een hotel.

 

Zoals gewoonlijk op een markt zijn de mensen al voor dag en dauw actief en daar vonden we tot onze grote vreugde een aantal stalletjes die koffie serveerden. Bij een heel vriendelijk oud vrouwtje bestelen we 4 heerlijke koppen koffie en aten het intussen gekende gebak met kaas.

Nadat onze batterijen opnieuw opgeladen waren gingen we op wandel door het gezellige stadscentrum. Typisch voor Sucre zijn de oude, witte, koloniale gebouwen en die geven de stad een heel gezellig karakter. De Plaza de Armas is de mooiste die we tot nu toe in de Zuid-Amerikaanse steden zagen en een ideale plek om mensen te kijken.

 

We wandelen doorheen de gezellige straten met niets dan witte huisgevels en gaan sinds lang nog een keer souvenirshoppen. Ik ben al direct verkocht voor de kleurrijke poncho’s en kan het niet laten er eentje mee te pikken. Al heb ik niet zoveel plaats over in mijn rugzak, die mooie trui kan ik niet laten liggen.

Onze mannen lijden de laatste dagen aan een soort van onstilbare honger en willen constant iets om te eten of te knabbelen. Zo komen we langs een bakkertje met heerlijke chocoladetaart en we moeten ons gebukt op één van de krukjes zetten op de eerste verdieping die overduidelijk op Boliviaanse maten gebouwd werd. Met een gebogen rug en kromme nek kunnen we net onder het plafond, wat een onnozel zicht.

 

In de late namiddag begeven we ons naar het vitaminegedeelte van de centrale markt, een grote ruimte met allemaal fruitstalletjes naast mekaar waar ze verse fruitsappen en fruitsla serveren. Heerlijk zo’n portie vers fruit met yoghurt en gepofte rijst en dat alweer voor een spotgoedkope prijs.

Deze eerste avond sluiten we af in het Joyride café waar de film “Motorcycle Diaries” getoond wordt over het leven van Che Guevara, een ware held die in Bolivië vermoord werd.

 

Op onze volgende dag ontbijten we opnieuw op de markt waar we versgebakken broodjes kopen en een soort van koffiekoekjes met confituur. Daarna wandelen we de steile straten omhoog naar de Plaza Anzures waar de Iglesia de la Recoleta gelegen is. We komen met de bedoeling om een bezoekje te brengen aan de kerk en het bijhorende museum, maar zijn nog een pak voor openingstijd daar en belanden daardoor op een zalig terras met uitzicht over de stad die onder ons ligt. We installeren ons in een ligstoel met een verse fruitsap en voor de jongens een tweede ontbijt van de dag. Deze keer bestellen ze een gezonde fruitsla, kwestie van hun nog steeds onstilbare honger te kalmeren.

 

Op de terugweg lopen we langs de souvenirkraampjes aan de Plaza en maken opnieuw een korte stadswandeling. Na een heerlijke lunch beland ik in mijn bed voor de rest van de dag. Om de één of andere reden kreeg ik last van verschrikkelijke maag- en darmkrampen waardoor ik geen voet meer kon verzetten. Ik wissel bedrust af met regelmatige toiletbezoeken en vraag me af of de hoogte me eventueel al parten speelt. Al ligt de stad maar op zo’n 2.700m, toch wijzen de symptomen op hoogteziekte. Ik voel me alsof mijn hele lichaam vol lucht zit en dat komt er de hele namiddag langs de twee mogelijke openingen uit, aangenaam is anders en dat niet alleen voor mij. Dave brengt terwijl een bezoek aan het internetcafé en gaat ’s avonds een hapje eten met Dirk en Dani. Gelukkig voel ik me de volgende ochtend al een stuk beter na de nodige buscopans en kunnen we vertrekken naar onze volgende bestemming: Potosi.