Verslag Australië - New South Wales

 

Mount Warning: deze berg was ooit het bruisende hart van een vulkaan die 20 miljoen jaar geleden uitbarstte . Die immense vulkaan was twee keer zo groot als de berg die vandaag overgebleven is en spuwde lava uit over duizenden vierkante kilometer.

 

Deze ochtend staken we de grens over met New South Wales, de laatste staat die wij zullen bezoeken in Australië.

 

Vandaag stellen we ons voor een uitdaging: de beklimming van de 1.156m hoge Mount Warning. De oorspronkelijke naam die gegeven werd door de Aboriginals is Wollumbin en betekent wolkenvanger. De top van de berg is de plaats waar de zonnestralen het Australische vasteland ‘s ochtends voor het eerst raken. De wandeling naar de top is een steile 4,4km waarvan het laatste stuk bijna horizontaal moet geklommen worden, we hebben er zin in.

 

De hele tocht wandelen we opnieuw door mooi tropisch regenwoud. Ook vandaag ploeteren we door een pak modder, deze keer hebben we er goed aan gedaan om onze botinnen aan te doen. Het eerste deel zijn heel wat trappen, daarna gaat het over in een slijkerige wandelweg die gevolgd wordt door een ondergrond van kleine rotsblokken. Al zigzaggend gaan we naar boven waarbij we meermaals hetzelfde waterloopje oversteken.

 

Geritsel in de bossen trekt onze aandacht, maar het zijn alweer de boskalkoenen die je altijd en overal ziet. Die beesten zitten werkelijk in bijna elk park dat we bezochten.

Vogels zingen in de toppen van de bomen, sommigen onder hen fluiten een leuk liedje. Onderweg komen we een vogelsoort tegen die we nog nooit tevoren zagen, het blijken de Albert’s Lyrebirds te zijn.

 

De laatste meters naar de top zijn erg zwaar, maar plezant om te beklimmen. De vlakke rotsen zijn enorm steil en inderdaad op sommige plaatsen bijna horizontaal. Die ijzeren ketting hebben we zeker nodig om veilig boven te geraken, het is uitkijken waar je je voeten zet zodat je niet de dieperik invalt.

 

Eens we volledig boven geraakt zijn staan we volledig in het zweet en een beloning zit er niet in. De lage wolken en de mist belemmeren elk uitzicht. Op het platform krijgen we het gezelschap van enkele hongerige boskalkoenen, we laten ze mee-eten van onze mandarijntjes en dat lusten ze maar al te graag.

We wachten even af, maar opentrekken doet het niet dus zetten we de afdaling in. Dat doen we al abseilend, achterwaarts langs de ketting terug naar beneden.

 

Onderweg hebben we meer geluk, de mist trekt weg iets onder de top van de berg en zo krijgen we alsnog een mooi uitzicht. Op de terugweg maken we allebei een schuiver maar kunnen nog net op tijd onze handen in het slijk zetten zodat we niet volledig volhangen.

 

Vandaag was een mooie eerste kennismaker met deze nieuwe staat. Deze wandeling komt in onze top drie van de zwaarste beklimmingen die we in dit land maakten, het was zeer zeker de moeite.