Verslag Australië - New South Wales
Kangaroo Valley: dit
is de ideale plek om te ontspannen en even weg te zijn van alle drukte.
In het reisverslag van onze vrienden Tania en Tony die
hier een aantal maanden geleden rondreisden lazen we over een gratis camping
waar ’s avonds de wombats van het verse gras komen eten. De kans om die dikke
beertjes in het wild te zien wilden we uiteraard niet laten liggen, dus na onze
dagen in de blue mountains zakten we af naar dit kleine dorp.
Aangezien de wombats nachtdieren zijn hadden we niet
verwacht om hen al te zien rondstappen op de grasvelden toen we rond 16u30
toekwamen. Ons geduld werd dus niet langer op de proef gesteld, Dave zette de
camper aan de kant zodat we direct dichterbij konden gaan kijken.
De dieren zijn nogal schuchter, van zodra je een
stapje te dicht zet knorren ze luid en lopen weg. Als je ze wil benaderen moet
je dat heel stil en rustig doen.
Een eindje verder zagen we drie kangoeroes op het gras,
ze huppelden vrolijk rond. Deze kangoeroes kunnen je echt aanstaren, ze willen
weten wat je van plan bent en of je hun richting zal uitkomen. Lang bleven ze
niet rondhangen, even nadat we ons gekampeerd hadden waren ze verdwenen.
In dit herfstweer koelt het ’s avonds nogal sterk af
en daarom kozen we er toch maar voor om binnen te eten. Wat wel al vaststond is
dat we hier morgen opnieuw zouden komen overnachten, dit maak je niet alle
dagen mee.
De gratis campingplaats waar we ons nu geïnstalleerd
hebben is perfect gelegen. 8km buiten het centrum van het dorpje, een groot
grasveld, vlak naast de Kangaroo River en omgeven door niets dan groen, bossen
en bergen. Naast ons zijn er maar drie andere kampeerders op het grote terrein,
dit is de ideale plek voor rust en ontspanning.
Tijdens het avondeten voelen we de camper meermaals
bewegen, het zijn de wombats die zich komen krabben aan de wielkassen. Het is
geen wonder dat we het geduw voelen, zo’n beest kan tot 40kg wegen. De rest van
de avond blijft het rustig, we krijgen geen bezoek meer van wombats met jeuk.
Deze plaats vinden we echt heel bijzonder en we willen
genieten van de rust en de mooie omgeving. Daarom maken we de volgende dag maar
een korte uitstap, kwestie van toch wat beweging te hebben. We rijden naar de
Fitzroy Falls waar we rondwandelen van het ene uitkijkpunt naar het andere. Het
bos waarin we rondlopen is niet zo speciaal, hier gaat het hem om de zichten
over de Yarrunga vallei. Onderweg zien we deze vallei van op verschillende
platformen en vanuit verschillende invalshoeken. We komen langs de Fitzroy
waterval en de Twin Falls, ze sieren de groene vallei.
Gelukkig heb ik een goeie spotter bij, Dave merkt
tussen een hoop verdorde takken een mierenegel op. Althans, we denken toch dat
het een mierenegel moet zijn. De Engelse benaming voor dit dier is “echidna”,
bij ons eerstvolgende bezoek aan een internetcafé zal google meer duidelijkheid
moeten scheppen hieromtrent.
Nadat we een aantal uren in het Morton NP hebben
doorgebracht wordt het hoog tijd om terug te rijden naar onze campingplaats. We
willen in alle rust de namiddag doorbrengen en klaar zitten tegen de tijd dat
de wombats uit hun holen komen gekropen.
Het is een mooie herfstdag en ideaal om buiten te
eten. Er zijn slechts hier en daar een paar wolken en de zon geeft veel warmte.
Tijdens de lunch krijgen we het gezelschap van een aantal hongerige vogels (ze
lijken op kleine kraaien), zij komen echt bedelen en maken daarbij een zielig
geluid. Het lijkt wel of ze komen janken zodat je medelijden met hen krijgt en
iets te eten geeft.
Wat later wandelen we tot aan de Kangaroo rivier en
daar vinden we verschillende holen waarin de wombats wonen. Je kan ze niet zien
zitten want hun tunnels kunnen tot 30m lang zijn, we moeten geduldig afwachten
tot ze wakker worden.
Langs de waterkant zitten enorm veel vogels, vooral de
kraai-achtigen, papegaaien en kookaburra’s. In het water spelen een aantal
waterkiekens.
Op de terugweg ziet Dave een eerste wombat, een vroege
vogel want het is nog maar 15u. Op de toppen van onze tenen sluipen we
dichterbij in de hoop dat we hem niet doen schrikken. Zijn oogje langs de
rechterkant is blauw, daar moet hij blind zijn. Hij zit op zijn gemak van het
groene gras te knabbelen en lijkt zich er niets van aan te trekken dat we
dichterbij komen om foto’s te nemen. We kunnen hem zelfs aaien !! Maar of hij
dat voelt weet ik niet, zijn vacht is heel dik en hard.
Na een fameuze fotosessie laten we hem gerust, hij zal
nog veel werk hebben om zijn dikke buik rond te eten.
Terug in onze stoeltjes aan de camper komt er een eend
aangewandeld, het is diegene die daarjuist aan de rivier al naar ons toekwam.
Ze weet blijkbaar ook goed dat mensen eten bij zich hebben, we kunnen het niet
laten haar een boterhammetje te geven.
Intussen is er een kookaburra op het dak van de camper
komen zitten en hij kijkt toe hoe de eend haar brood opknabbelt. Die
kookaburra’s zijn toch een speciale soort hoor, ze kunnen je met een zekere
arrogantie toekijken en negeren je dan weer compleet als je een stukje brood
wil geven. Ze verkeren precies graag in gezelschap, eerst zat hij een hele tijd
bij onze overbuur op de auto en nu komt hij ons vergezellen. Het duurt niet
lang voor er een tweede kookaburra bij komt, van op ons dak hebben ze een goei
overzicht en af en toe vliegen ze weg om een regenworm uit het gras te pikken.
Rond 16u30 komt het leven op gang, verschillende
wombats komen het grasveld opgewandeld. Aan de overkant komen de kangoeroes
vanuit de bossen te voorschijn. Het maakt niet uit in welke richting je nu
kijkt, overal zitten er dieren te eten. Dit is echt een ongelofelijk en
onvergetelijke ervaring ! Vandaag is er buiten ons nog maar één andere
kampeerder en de dieren lijken meer op hun gemak dan gisteren. Ze zitten
verspreid over het gras en smullen van de groene sprieten.
Tientallen kangoeroes springen over en weer en de
wombats komen tot vlakbij de camper om te eten. We hadden niet gedacht om hen
nog in het wild te zien en nu zitten er minstens 15 dikkerdjes rondom ons.
Benieuwd of ze zich straks, als het donker is, opnieuw zullen komen krabben aan
de camper.
We hebben alweer een zalige nacht achter de rug. Toen
we gisterenavond een dvd aan het bekijken waren op de laptop voelden we alweer
geduw, er had er nog eens eentje jeuk. Na een paar keer krabben liet hij ons
gerust, althans voor een paar uur. Midden in de nacht werden we wakker doordat
de camper heen en weer geschud werd, nog een wombat met jeuk. Dat was meteen
ook de laatste keer dat we de aanwezigheid van de dieren voelden, tegen de
ochtend zitten ze opnieuw in hun hol.
’s Ochtends kregen we alweer een vogelconcert te
horen. De kookaburra’s lachen luid en de kraai-achtigen vliegen massaal van de
ene boom naar de andere en maken daarbij een hels lawaai. Met een paar 100
verplaatsen ze zich tegelijkertijd, een vast ochtendritueel.
Met spijt in het hart verlaten we deze fantastische
plek, het is tijd om verder te rijden. We hebben nog maar een paar dagen over
en moeten richting Sydney.